LEES ALLE INFORMATIE ALVORENS U HET TOESTEL IN GEBRUIK
NEEMT.
Waarschuwing
• Installeer of plaats het apparaat op een plaats
waar het niet aan temperaturen onder het
vriespunt of aan de weerelementen kan
worden blootgesteld.
• Het is gevaarlijk om de kenmerken van dit
toestel op enigerlei wijze aan te passen.
• Probeer de machine niet zelf te herstellen.
Herstellingen die uitgevoerd zijn door
onervaren of niet-gekwalificeerd personeel
kunnen verwondingen en/of nog ernstigere
fouten veroorzaken aan de machine.
• Hou de plaatsen onder en rondom de
toestellen vrij van brandbare materialen zoals
pluizen, papier, vodden, chemicaliën, enz.
• Nauw toezicht is nodig indien het apparaat
door of in de buurt van kinderen wordt
gebruikt.
• Sta niet toe dat kinderen op, met of in dit
toestel of enig ander apparaat spelen.
• Laat de wasmachinedeur nooit open staan.
• Kinderen zouden op de geopende deur
kunnen gaan hangen of in de wasmachine
kruipen.
• Breng uw hand of arm nooit in de
wasmachine terwijl deze nog draait. Wacht
tot de trommel geheel tot stilstand is
gekomen.
• Het wasproces kan de brandvertrager van
textiel verminderen.
• Was of droog geen artikelen die zijn
gereinigd, gewassen, gedrenkt in of
besprenkeld met brandbare of explosieve
stoffen (zoals was, olie, verf, dieselolie,
ontvetters, oplosmiddelen voor droog
reinigen, kerosine, enz.) die zouden kunnen
ontvlammen of exploderen.
• Om dit te vermijden volgt u zorgvuldig de
was- en verzorgingsinstructies op van de
fabrikant die in het kledingstuk zijn
opgenomen.
• Sla de wasmachinedeur nooit met kracht
dicht en probeer deze niet geforceerd te
openen wanneer hij op slot zit . Dit kan
schade veroorzaken aan de wasmachine.
• Om risico op een elektrische schok tot een
minimum te beperken, trekt u de stekker van
het apparaat uit het stopcontact of haalt u de
zekering van de wasmachine uit de
stoppenkast of zet de hoofdschakelaar van
het elektrisch circuit in uw huis uit alvorens u
begint met onderhoud of reiniging.
• Gebruik het apparaat nooit wanneer het
beschadigd is, niet goed functioneert,
gedeeltelijk is gedemonteerd, of er
onderdelen aan ontbreken of stuk zijn. Dit
geldt ook wanneer het snoer of de stekker
zijn beschadigd.
• Alle elektriciteitswerken, die noodzakelijk zijn voor de installatie van het toestel, moeten
uitgevoerd worden door een erkende elektricien of een deskundig persoon.
• Gebruik uitsluitend een geaard stopcontact van
220 –240 V.Gebruik geen verlengkabel of een verdeelstekker.
• Om gevaar te vermijden moet de stroomtoevoerkabel, wanneer deze beschadigd is,
vervangen worden door de fabrikant, door zijn erkende verdelers of door gelijkwaardig
gekwalificeerde personen.
• Sluit de machine aan op een geaard stopcontact. Volg hierbij de stroombedradingsrichtlijnen.
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES