ZANKER KNLK14FS Manuel utilisateur

Taper
Manuel utilisateur
KNLK14FS
Gebruik‐
saanwijzing
Koel-vries‐
combinatie
Notice d'utili‐
sation
Réfrigéra‐
teur/congéla‐
teur
Inhoudsopgave
Veiligheidsinformatie 2
Veiligheidsvoorschriften 4
Installatie 5
Bedieningspaneel 7
Dagelijks gebruik 8
Aanwijzingen en tips 10
Onderhoud en reiniging
12
Probleemoplossing 13
Geluiden 16
Technische gegevens 16
Aanwijzingen voor testinstituten 16
Wijzigingen voorbehouden.
GA NAAR ONZE WEBSITE VOOR:
Advies over gebruik, brochures, het oplossen van problemen, service- en reparatie-informatie:
www.zanker.de/support
Veiligheidsinformatie
Lees zorgvuldig de meegeleverde instructies voor installatie en gebruik van
het apparaat. De fabrikant is niet verantwoordelijk voor verwondingen of
schade die voortvloeit uit de onjuiste installatie of het onjuiste gebruik.
Bewaar de instructies altijd op een veilige, toegankelijke plek voor
toekomstig gebruik.
Veiligheid van kinderen en kwetsbare personen
Dit apparaat kan worden gebruikt door kinderen van 8 jaar en ouder en
door mensen met een beperkt lichamelijk, zintuiglijk of verstandelijk
vermogen of een gebrek aan ervaring en kennis, indien zij onder toezicht
staan of instructies hebben gekregen over het veilig gebruiken van het
apparaat en indien zij de gevaren begrijpen.
Kinderen in de leeftijd van 3 tot 8 jaar mogen het apparaat laden en
lossen op voorwaarde dat ze goed zijn geïnstrueerd.
Dit apparaat mag worden gebruikt door personen met zware en complexe
beperkingen, indien ze duidelijk zijn geïnstrueerd.
Kinderen jonger dan 3 jaar dienen, tenzij zij voortdurend onder toezicht
staan, bij het apparaat uit de buurt te worden gehouden.
Laat kinderen niet met het apparaat spelen.
Kinderen mogen zonder toezicht geen reinigings- en
onderhoudswerkzaamheden aan het apparaat uitvoeren.
Houd alle verpakking uit de buurt van kinderen en gooi het op passende
wijze weg.
2
Algemene veiligheid
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik in huishoudelijke en soortgelijke
toepassingen, zoals:
boerderijen, personeelskeukens in winkels, kantoren of andere
werkomgevingen;
Door gasten in hotels, motels, bed&breakfasts en andere
woonomgevingen.
Neem de volgende instructies in acht om besmetting van voedsel te
voorkomen:
open de deur niet gedurende lange perioden;
reinig regelmatig oppervlakken die in contact kunnen komen met
voedsel en toegankelijke afwateringssystemen;
bewaar rauw vlees en vis in geschikte recipiënten in de koelkast, zodat
het niet in contact komt met of druppelt op andere levensmiddelen.
WAARSCHUWING: Houd de ventilatieopeningen altijd vrij van obstructies;
dit geldt zowel voor losstaande als ingebouwde modellen.
WAARSCHUWING: Gebruik geen mechanische of andere middelen om
het ontdooiproces te versnellen, behalve die middelen die door de
fabrikant zijn aanbevolen.
WAARSCHUWING: Let op dat u het koelcircuit niet beschadigt.
WAARSCHUWING: Gebruik geen elektrische apparaten in de koelkast,
tenzij deze door de fabrikant worden aanbevolen.
Gebruik geen waterstralen en stoom om het apparaat te reinigen.
Maak het apparaat schoon met een vochtige zachte doek. Gebruik alleen
neutrale schoonmaakmiddelen. Gebruik geen schuurmiddelen,
schuursponsjes, oplosmiddelen of metalen voorwerpen.
Als het apparaat lange tijd leeg is, schakel het dan uit, ontdooi, reinig en
droog het en laat de deur open om te voorkomen dat er schimmel in het
apparaat ontstaat.
Bewaar geen explosieve stoffen zoals spuitbussen met een ontvlambaar
drijfgas in dit apparaat.
Als de voedingskabel beschadigd is, moet de fabrikant, een erkende
serviceverlener of een gekwalificeerd persoon deze vervangen teneinde
gevaarlijke situaties te voorkomen.
3
Veiligheidsvoorschriften
Installatie
WAARSCHUWING! Alleen een erkende
installatietechnicus mag het apparaat
installeren.
Verwijder alle verpakkingsmaterialen.
Installeer en gebruik geen beschadigd apparaat.
Gebruik het apparaat niet voordat u het in de
ingebouwde structuur installeert omwille van
veiligheidsredenen.
Volg de installatie-instructies die zijn meegeleverd
met het apparaat.
Pas altijd op bij verplaatsing van het apparaat, want
het is zwaar. Gebruik altijd veiligheidshandschoenen
en gesloten schoeisel.
Zorg ervoor dat rond het apparaat lucht kan
circuleren.
Bij de eerste installatie of na het omdraaien van de
deur moet u minstens 4 uur wachten voordat u het
apparaat op de stroom aansluit. Hierdoor kan de
olie terug in de compressor stromen.
Trek de stekker uit het stopcontact voordat u
handelingen aan het apparaat uitvoert (bijv. het
omdraaien van de deur).
Installeer het apparaat niet in de nabijheid van
radiatoren, fornuizen, ovens of kookplaten.
Stel het apparaat niet bloot aan regen.
Installeer het apparaat niet op een plaats met direct
zonlicht.
Installeer dit apparaat niet in ruimtes die te vochtig
of te koud zijn.
Til de voorkant van het apparaat op als u hem wilt
verplaatsen, om krassen op de vloer te voorkomen.
Aansluiting op het elektriciteitsnet
WAARSCHUWING! Gevaar voor brand
en elektrische schokken.
WAARSCHUWING! Zorg er bij het
plaatsen van het apparaat voor dat het
stroomsnoer niet klem zit of wordt
beschadigd.
WAARSCHUWING! Gebruik geen
meerwegstekkers en verlengsnoeren.
Dit apparaat moet worden aangesloten op een
geaard stopcontact.
Zorg ervoor dat de parameters op het
vermogensplaatje overeenkomen met elektrische
vermogen van de netstroom.
Gebruik altijd een juist geïnstalleerd schokbestendig
stopcontact.
Zorg dat u de elektrische onderdelen (hoofdstekker,
kabel, compressor) niet beschadigt. Neem contact
met de erkende servicedienst of een elektricien om
de elektrische onderdelen te wijzigen.
De stroomkabel moet lager blijven dan het niveau
van de stopcontact.
Steek de stekker pas in het stopcontact als de
installatie is voltooid. Zorg ervoor dat het netsnoer
na installatie bereikbaar is.
Trek niet aan het netsnoer om het apparaat los te
koppelen. Trek altijd aan de stekker.
Gebruik
WAARSCHUWING! Gevaar op letsel,
brandwonden of elektrische schokken.
Het apparaat bevat ontvlambaar gas, isobutaan
(R600a), een aardgas met een hoge ecologische
compatibiliteit. Zorg ervoor dat u het koelcircuit dat
isobutaan bevat, niet beschadigt.
De specificatie van dit apparaat niet wijzigen.
Plaats geen elektrische apparaten (bijv.
ijsmachines) in het apparaat tenzij uitdrukkelijk
geschikt verklaard door de fabrikant.
Als er schade aan het koelcircuit optreedt, zorg er
dan voor dat er zich geen vlammen en andere
ontstekingsbronnen in de kamer bevinden. Lucht de
ruimte indien dit gebeurt.
Zet geen hete items op de kunststofonderdelen van
het apparaat.
Plaats geen koolzuurhoudende dranken in het
vriesvak. Dit zal extra druk in de drankfles
veroorzaken.
Bewaar geen ontvlambare gassen en vloeistoffen in
het apparaat.
Plaats geen ontvlambare producten of items die
vochtig zijn door ontvlambare producten in, bij of op
het apparaat.
Raak de compressor of condensator niet aan. Ze
zijn heet.
Zorg ervoor dat u nooit met natte of vochtige
handen items uit het vriesvak verwijderd of
aanraakt.
Vries ontdooide voedingswaren nooit opnieuw in.
Bewaar de voedingswaren volgens de instructies op
de verpakking.
Wikkel het voedsel in eender welk contactmateriaal
voor voedsel alvorens het in het vriesvak te
plaatsen.
4
Binnenverlichting
WAARSCHUWING! Gevaar voor
elektrische schokken.
Met betrekking tot de lamp(en) in dit product en
reservelampen die afzonderlijk worden verkocht:
Deze lampen zijn bedoeld om bestand te zijn tegen
extreme fysieke omstandigheden in huishoudelijke
apparaten, zoals temperatuur, trillingen, vochtigheid,
of zijn bedoeld om informatie te geven over de
operationele status van het apparaat. Ze zijn niet
bedoeld voor gebruik in andere toepassingen en zijn
niet geschikt voor verlichting in huishoudelijke
ruimten.
Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel
of schade aan het apparaat.
Schakel het apparaat uit en trek de stekker uit het
stopcontact voordat u onderhoudshandelingen
verricht.
Het koelcircuit van dit apparaat bevat
koolwaterstoffen. Enkel bevoegde personen mogen
de eenheid onderhouden en herladen.
Controleer regelmatig de afvoer van het apparaat en
reinig het indien nodig. Indien de afvoer verstopt is,
zal er water op de bodem van het apparaat liggen.
Service
Neem contact op met de erkende servicedienst voor
reparatie van het apparaat. Gebruik uitsluitend
originele reserveonderdelen.
Houd er rekening mee dat zelfreparatie of niet-
professionele reparatie gevolgen kan hebben voor
de veiligheid en de garantie kan doen vervallen.
De volgende reserveonderdelen zijn beschikbaar
gedurende 7 jaar nadat het model is stopgezet:
thermostaten, temperatuursensoren, printplaten,
lichtbronnen, deurklinken, deurscharnieren, trays en
manden. Houd er rekening mee dat sommige van
deze reserveonderdelen alleen beschikbaar zijn
voor professionele reparateurs en dat niet alle
reserveonderdelen relevant zijn voor alle modellen.
Deurpakkingen zijn beschikbaar tot 10 jaar nadat
het model is stopgezet.
Verwijdering
WAARSCHUWING! Gevaar voor letsel
of verstikking.
Haal de stekker uit het stopcontact.
Snij het netsnoer van het apparaat af en gooi dit
weg.
Verwijder de deur om te voorkomen dat kinderen en
huisdieren opgesloten raken in het apparaat.
Het koelcircuit en de isolatiematerialen van dit
apparaat zijn ozonvriendelijk.
Het isolatieschuim bevat ontvlambare gassen.
Neem contact met uw plaatselijke overheid voor
informatie m.b.t. correcte afvalverwerking van het
apparaat.
Veroorzaak geen schade aan het deel van de
koeleenheid dat zich naast de warmtewisselaar
bevindt.
Installatie
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
WAARSCHUWING! Raadpleeg het
installatie-instructiedocument om uw
apparaat te installeren.
WAARSCHUWING! Zet het apparaat
vast in overeenstemming met de
installatie-instructies om een risico op
instabiliteit van het apparaat te
voorkomen.
5
Afmetingen
B
A
H1
W1
D1
W2
D2
W3
D3
9
Totale afmetingen ¹
H1 mm 1441
W1 mm 548
D1 mm 549
¹ de hoogte, breedte en diepte van het apparaat zijn
exclusief de handgreep en pootjes
Benodigde ruimte tijdens gebruik ²
H2 (A+B) mm 1482
W2 mm 548
D2 mm 551
A mm 1446
Benodigde ruimte tijdens gebruik ²
B mm 36
² de hoogte, breedte en diepte van het apparaat
inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig is voor
vrije circulatie van de koellucht
Totale benodigde ruimte in gebruik ³
H3 (A+B) mm 1482
W3 mm 548
D3 mm 1071
³ de hoogte, breedte en diepte van het apparaat
inclusief de handgreep, plus de ruimte die nodig is voor
vrije circulatie van de koellucht, plus de ruimte die nodig
is om de deur te openen tot de minimale hoek waarbij
de volledige inhoud kan worden uitgenomen.
6
Locatie
Installeer het apparaat niet in de buurt van een
warmtebron (oven, kachels, radiatoren, fornuizen of
kookplaten) of op een plek met direct zonlicht om de
beste functionaliteit van het apparaat te garanderen.
Zorg ervoor dat lucht vrij kan circuleren rond de
achterkant van de kast.
Dit apparaat moet in een droge, goed geventileerde
positie binnenshuis worden geïnstalleerd.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik bij een
omgevingstemperatuur variërend van 10°C tot 43°C.
De juiste werking van het apparaat kan
enkel gegarandeerd worden als het
opgegeven temperatuurbereik wordt
gerespecteerd.
Als u twijfels hebt over waar het
apparaat te installeren, raadpleeg dan de
verkoper, de klantenservice of de
dichstsbijzijnde erkende servicedienst.
Het moet mogelijk zijn het apparaat van
de hoofdstroomtoevoer af te halen. De
stekker moet daarom na installatie
gemakkelijk toegankelijk zijn.
Elektrische aansluiting
Zorg er vóór het aansluiten voor dat het voltage en
de frequentie op het typeplaatje overeenkomen met
de stroomtoevoer in uw huis.
Dit apparaat moet worden aangesloten op een
geaard stopcontact. De netsnoerstekker is voorzien
van een contact voor dit doel. Als het stopcontact
niet geaard is, sluit het apparaat dan aan op een
afzonderlijk aardepunt, in overeenstemming met de
geldende regels. Raadpleeg hiervoor een
gekwalificeerd elektricien.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden
als bovenstaande veiligheidsvoorschriften niet
opgevolgd worden.
Dit apparaat voldoet aan de EEG -richtlijnen.
Ventilatievereisten
Er moet voldoende luchtstroom mogelijk zijn achter het
apparaat.
5 cm
min.
200 cm
2
min.
200 cm
2
Let op! Raadpleeg de installatie-
instructies voor de installatie.
Omkeerbaarheid van de deur
Raadpleeg het afzonderlijke document met instructies
voor installatie en omdraaien van de deur.
Let op! Bedek tijdens iedere fase van
het omdraaien van de deur de vloer met
een duurzaam materiaal om krassen te
voorkomen.
Bedieningspaneel
1 2
4 3
1 2
4 3
1. Temperatuurindicatie LED
2. FastFreeze -lampje
3. FastFreeze toets
4. Temperatuurknop
AAN/UIT-toets
Inschakelen
1. Steek dan de stekker in het stopcontact.
2. Raak de toets van de temperatuurregelaar aan als
alle leds uit zijn.
Uitschakelen
Blijf de toets van de temperatuurregelaar 3 seconden
aanraken.
7
Alle indicatielampjes zijn uit.
Temperatuurregeling
Druk om het apparaat te bedienen op de
temperatuurregelaar totdat de LED die bij de vereiste
temperatuur hoort, oplicht. De selectie loopt progressief,
van 2°C tot 8°C. Aanbevolen instelling is 4°C.
1. Raak de temperatuurregelaar aan.
Het huidige temperatuurindicatielampje knippert. Bij
elke aanraking van de temperatuurregelaar gaat de
instelling een stand vooruit. Het relevante LED knippert
een tijdje.
2. Druk op de temperatuurregalaar tot de vereiste
temperatuur is geselecteerd.
De ingestelde temperatuur zal binnen 24
uur worden bereikt. Na een
stroomonderbreking blijft de ingestelde
temperatuur opgeslagen.
FastFreeze -functie
De FastFreeze-functie wordt gebruikt voor het
voorvriezen en snel invriezen in volgorde in het
vriesvak. Deze functie versnelt het invriezen van vers
voedsel en beschermt voedsel dat reeds is opgeslagen
in het vriesvak tegen ongewenste opwarming.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de
FastFreeze-functie ten minste 24 uur
voordat u het voedsel erin plaatst om het
voorvriezen te voltooien.
Om de FastFreeze-functie in te schakelen, drukt u op
de FastFreeze-knop. Het FastFreeze-indicatielampje
wordt ingeschakeld.
Deze functie stopt automatisch na 52
uur.
De functie kan te allen tijde uitgeschakeld worden door
opnieuw op de FastFreeze-knop te drukken. Het
FastFreeze-indicatielampje wordt uitgeschakeld.
Alarm bij open deur
Als de deur van de koelkast gedurende ongeveer 5
minuten open is blijven staan, is het geluid aan.
Tijdens het alarm kan het geluid worden gedempt door
op een willekeurige knop te drukken. Het geluid
schakelt na ongeveer een uur automatisch uit om
storingen te voorkomen.
Het alarm stopt als de deur wordt gesloten.
Dagelijks gebruik
Het plaatsen van de deurschappen
Voor het bewaren van etenswaren van verschillende
groottes kunnen de deurrekken op verschillende
hoogtes worden geplaatst.
1. Trek het rek enigszins omhoog totdat het loskomt.
2. Plaats het terug op een gewenste positie.
8
Verplaatsbare schappen
De wanden van de koelkast zijn voorzien van een
aantal glijschoenen zodat de schappen op de gewenste
plaats gezet kunnen worden.
Verwijder de glasplaat boven de
groentelade niet om een goede
luchtcirculatie te garanderen.
Groentelades
In het onderste deel van het apparaat bevinden zich
speciale lades die geschikt zijn voor de opslag van
groenten en fruit.
Indicatielampje temperatuur
Voor de juiste bewaring van het voedsel is de koelkast
uitgerust met een temperatuurlampje. Het symbool op
de zijkant van het apparaat duidt het koudste deel van
de koelkast aan.
Als OK wordt weergegeven (A), breng dan vers voedsel
naar een zone die is aangegeven met een symbool, zo
niet (B), wacht dan ten minste 12 uur en controleer of
het OK is (A).
Als het nog steeds niet OK is (B), stelt u de
instellingsregeling in op een koudere stand.
OK
OK
A
B
Vers voedsel invriezen
Het vriesvak is geschikt voor het invriezen van vers
voedsel en voor het gedurende een lange periode
bewaren van ingevroren en diepgevroren voedsel.
Activeer om vers voedsel in te vriezen de FastFreeze-
functie ten minste 24 uur voordat u het in te vriezen
voedsel in het vriesvak legt.
Bewaar het verse voedsel gelijkmatig verdeeld in het
eerste vak of in de eerste lade vanaf de bovenkant.
De maximale hoeveelheid voedsel dat kan worden
ingevroren zonder ander vers voedsel toe te voegen,
gedurende 24 uur, staat aangegeven op het typeplaatje
(een label dat zich aan de binnenkant van het apparaat
bevindt).
Wanneer het invriesproces is voltooid, keert het
apparaat automatisch terug naar de vorige
temperatuurinstelling (zie "FastFreeze-functie").
In deze toestand kan de temperatuur in
de koelkast enigszins veranderen.
Het bewaren van ingevroren voedsel
Als u het apparaat voor het eerst of na een periode
waarin het niet is gebruikt inschakelt, dient u voordat u
de producten in het vak legt het apparaat minstens 3
uur te laten werken met de FastFreeze-functie
ingeschakeld.
De vrieslades zorgen ervoor dat je het gewenste
voedsel snel en eenvoudig kunt terugvinden. Verwijder
alle lades als er grote hoeveelheden voedsel bewaard
moeten worden en leg het voedsel op de schappen.
Bewaar het voedsel op minstens 15 mm afstand van de
deur.
Let op! Bij onbedoelde ontdooiing door
bijvoorbeeld stroomuitval, waarbij de
stroom langer is uitgeschakeld dan de
waarde die op het typeplaatje staat
onder 'tijdsduur', moet het ontdooide
voedsel snel worden geconsumeerd of
onmiddellijk worden bereid, vervolgens
afgekoeld en daarna opnieuw worden
ingevroren.
Ontdooien
Diepgevroren of gevroren voedsel kan, voordat het
wordt geconsumeerd, worden ontdooid in de koelkast of
in een plastic zak onder koud water.
Deze handeling is afhankelijk van de beschikbare tijd en
het soort voedsel. Kleine stukjes kunnen zelfs nog
bevroren gekookt worden.
Het maken van ijsblokjes
Dit apparaat is uitgerust met een of meer bladen voor
het maken van ijsblokjes.
Gebruik geen metalen instrumenten om
de laden uit de vriezer te halen.
1. Vul de bakjes met water.
9
2. Zet de ijsbakjes in het vriesvak.
Aanwijzingen en tips
Tips voor energiebesparing
Vriezer: De interne configuratie van het apparaat
zorgt voor het meest efficiënte energiegebruik.
Koelkast: Het meest efficiënte gebruik van energie
is verzekerd in de configuratie met de lades in het
onderste deel van het apparaat en met de rekken
gelijkmatig verdeeld. De positie van de deurbakken
heeft geen invloed op het energieverbruik.
De deur niet vaker openen of open laten staan dan
noodzakelijk.
Vriezer: Hoe kouder de temperatuurinstelling, hoe
hoger het energieverbruik.
Koelkast: Stel de temperatuur niet te hoog in om
energie te besparen, tenzij de kenmerken van het
voedsel dit vereisen.
Als de omgevingstemperatuur hoog is, de
temperatuurregeling op een lage temperatuur staat
en het apparaat volledig gevuld is, kan de
compressor continu aanstaan waardoor er ijs op de
verdamper ontstaat. Stel in dit geval de
temperatuurregeling in op een hogere temperatuur,
om automatisch ontdooien mogelijk te maken en zo
energie te besparen.
Zorg voor een goede ventilatie. Dek de
ventilatieroosters of -gaten niet af.
Tips voor het invriezen
Activeer de FastFreeze-functie ten minste 24 uur
voordat u het voedsel in het vriesvak legt.
Vóór het invriezen verpakken en verzegelen van
vers voedsel in: aluminiumfolie, plastic folie of
zakken, luchtdichte containers met deksel.
Verdeel voor efficiënter invriezen en ontdooien het
voedsel in kleine porties.
Het wordt aanbevolen om etiketten en datums op al
uw diepvriesproducten te plakken. Dit zal helpen
voedingsmiddelen te identificeren en te weten
wanneer ze moeten worden gebruikt voordat ze
bederven.
Het voedsel moet vers zijn wanneer het wordt
ingevroren om een goede kwaliteit te behouden.
Vooral groenten en fruit moeten na de oogst worden
ingevroren om al hun voedingsstoffen te behouden.
Flessen of blikken met vloeistoffen niet invriezen, in
het bijzonder dranken die kooldioxide bevatten - ze
kunnen exploderen tijdens het invriezen.
Plaats geen warm voedsel in het koelvak. Koel het
af bij kamertemperatuur voordat u het in het vak
plaatst.
Om te voorkomen dat de temperatuur van al
ingevroren voedsel toeneemt, dient u vers voedsel
hier niet direct naast te plaatsen. Plaats voedsel op
kamertemperatuur in het deel van het vriesvak waar
geen bevroren voedsel is.
IJsblokjes, ingevroren water of waterijsjes niet
meteen nadat ze uit de vriezer zijn gehaald opeten.
Gevaar voor bevriezing.
Ontdooid voedsel niet opnieuw invriezen. Als het
voedsel ontdooid is, kook het dan, koel het af en
vries het dan in.
Tips voor het bewaren van ingevroren voedsel
Het vriesvak is het vak gemarkeerd met
.
De middelhoge temperatuurinstelling zorgt voor een
goede conservering van ingevroren voedsel.
Een hogere temperatuurinstelling in het apparaat
kan leiden tot een kortere houdbaarheid.
Het hele vriesvak is geschikt voor de opslag van
diepvriesproducten.
Laat voldoende ruimte rond het voedsel om de lucht
vrij te laten circuleren.
Raadpleeg voor adequate opslag het etiket van de
voedselverpakking om de houdbaarheid van
voedsel te bekijken.
Het is belangrijk om het voedsel zodanig in te
pakken dat er geen water, vocht of condens bij kan
komen.
Winkeltips
Na het boodschappen doen:
Zorg ervoor dat de verpakking niet beschadigd is -
het voedsel kan bedorven zijn. Als de verpakking
gezwollen of nat is, is deze mogelijk niet in de
optimale omstandigheden opgeslagen en is het
ontdooien mogelijk al begonnen.
Om het ontdooiproces te beperken, koopt u
diepvriesproducten aan het einde van uw
boodschappen en vervoert u ze in een thermische
en geïsoleerde koeltas.
Plaats de diepvriesproducten onmiddellijk na
terugkomst uit de winkel in de vriezer.
Als voedsel zelfs gedeeltelijk ontdooid is, mag u het
niet opnieuw invriezen. Consumeer het zo snel
mogelijk.
Respecteer de vervaldatum en de bewaarinformatie
op de verpakking.
10
Houdbaarheid voor vriescompartiment
Soort voedsel Houdbaarheid (maanden)
Brood 3
Fruit (met uitzondering van citrusvruchten) 6 - 12
Groenten 8 - 10
Restjes zonder vlees 1 - 2
Zuivelproducten:
Boter
Zachte kaas (zoals mozzarella)
Harde kaas (zoals parmezaanse kaas, cheddar)
6 - 9
3 - 4
6
Vis/Zeevruchten:
Vette vis (zoals zalm, makreel)
Magere vis (zoals kabeljauw, bot)
Garnalen
Gepelde mosselen en mosselen
Gekookte vis
2 - 3
4 - 6
12
3 - 4
1 - 2
Vlees:
Gevogelte
Rundvlees
Lamsvlees
Worst
Restjes met vlees
9 - 12
6 - 12
6 - 9
1 - 2
2 - 3
Tips voor het koelen van vers voedsel
Een goede temperatuurinstelling die de
conservering van vers voedsel garandeert is een
temperatuur lager dan of gelijk aan +4°C.
Een hogere temperatuurinstelling in het apparaat
kan leiden tot een kortere houdbaarheid van
voedsel.
Bedek het voedsel met een verpakking om de
versheid en het aroma te behouden.
Gebruik altijd gesloten containers voor vloeistoffen
en voor voedsel, om smaken of geuren in het vak te
voorkomen.
Om kruisbesmetting tussen gekookt en rauw
voedsel te voorkomen, bedekt u het gekookte
voedsel en scheidt u het van het rauwe.
Het wordt aanbevolen om het voedsel in de koelkast
te ontdooien.
Plaats geen warm voedsel in het apparaat. Zorg
ervoor dat het is afgekoeld bij kamertemperatuur
voordat u het in het apparaat plaatst.
Om voedselverspilling te voorkomen moet de
nieuwe voorraad voedsel altijd achter de oude
worden geplaatst.
Tips voor het koelen van voedsel
Het vak voor vers voedsel is het vak met de
markering (op het typeplaatje) met .
Vlees (alle soorten): verpakken in geschikt materiaal
en op de glazen plaat leggen, boven de
groentelade. Bewaar vlees maximaal 1-2 dagen.
Groente en fruit: grondig reinigen (het zand
verwijderen) en in een speciale lade (groentelade)
bewaren.
Het is raadzaam om exotische vruchten zoals
bananen, mango’s, papaja’s, etc. niet in de koelkast
te bewaren.
Groenten zoals tomaten, aardappelen, uien en
knoflook mogen niet in de koelkast worden
bewaard.
Boter en kaas: in een luchtdicht bakje leggen of in
aluminiumfolie of plastic zakjes wikkelen, om zoveel
mogelijk lucht uit te sluiten.
Flessen: afsluiten met een dop en op de
flessenplank van de deur plaatsen of (indien
beschikbaar) in het flessenrek.
11
Raadpleeg altijd de houdbaarheidsdatum van de
producten, om te weten hoelang ze bewaard
kunnen worden.
Onderhoud en reiniging
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
De binnenkant schoonmaken
Voordat u het apparaat voor de eerste keer gebruikt,
wast u de binnenkant en de interne accessoires met
lauwwarm water en een beetje neutrale zeep om de
typische geur van een nieuw product weg te nemen.
Droog daarna grondig af.
Let op! Gebruik geen
reinigingsmiddelen, schuurpoeders,
chloor of reinigers op oliebasis. Deze
beschadigen de afwerking.
Let op! De toebehoren en onderdelen
van het apparaat zijn niet geschikt om in
een afwasmachine gewassen te worden.
Periodieke reiniging
Het apparaat moet regelmatig worden schoongemaakt:
1. Maak de binnenkant en de accessoires schoon met
lauw water en wat neutrale zeep.
2. Controleer de afdichtingen regelmatig en wrijf ze
schoon om u ervan te verzekeren dat ze schoon en
vrij van resten zijn.
3. Afspoelen en goed afdrogen.
Het ontdooien van de koelkast
Rijp wordt tijdens normaal gebruik automatisch van de
verdamper van het koelvak verwijderd. Het dooiwater
loopt via een gootje in een speciale opvangbak aan de
achterkant van het apparaat, boven de
compressormotor, waar het verdampt.
Het is belangrijk om het afvoergaatje van het dooiwater
in het midden van het koelvak regelmatig schoon te
maken om te voorkomen dat het water overloopt en op
het voedsel in de koelkast gaat druppelen.
Gebruik hiervoor de buisreiniger die werd meegeleverd
met het apparaat.
De vriezer ontdooien
Let op! Gebruik nooit scherpe metalen
hulpmiddelen om de rijp van de
verdamper te krabben, deze zou
beschadigd kunnen raken.
Gebruik geen mechanische of andere
middelen om het ontdooiproces te
versnellen, behalve die middelen die
door de fabrikant zijn aanbevolen.
Stel ongeveer 12 uur voordat u gaat
ontdooien een lagere temperatuur in om
voldoende koudereserve op te bouwen
in geval van onderbrekingen tijdens de
werking.
Een zekere hoeveelheid rijp zal zich altijd vormen op de
schappen van de vriezer en rond het bovenste vak.
Ontdooi de vriezer wanneer de rijplaag een dikte van
ongeveer 3-5 mm bereikt heeft.
1. Trek de stekker uit het stopcontact of schakel het
apparaat uit.
2. Verwijder al het ingevroren voedsel en leg het op
een koele plaats.
Let op! Een temperatuurstijging
tijdens het ontdooien van de
ingevroren levensmiddelen, kan de
veilige bewaartijd verkorten.
Raak ingevroren voedsel niet met
natte handen aan. Uw handen
kunnen hieraan vastvriezen.
3. Laat de deur open staan. Bescherm de vloer tegen
het ontdooiwater met bijv. een doek of een platte
opvangbak.
4. Om het ontdooiproces te versnellen kunt u een bak
warm water in het vriesvak zetten. Verwijder
12
bovendien stukken ijs die afbreken voordat het
ontdooien voltooid is. Gebruik hiervoor de
meegeleverde ijsschraper.
5. Na afloop van het ontdooien, de binnenkant
grondig droog maken. Bewaar de ijsschraper voor
toekomstig gebruik.
6. Zet het apparaat aan en doe de deur dicht.
7. Zet de thermostaatknop op de maximale koude en
laat het apparaat minstens drie uur in deze
instelling werken.
Pas na deze tijd plaatst u het eten terug in het vriesvak.
Periode dat het apparaat niet gebruikt wordt
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen als het
apparaat gedurende lange tijd niet gebruikt wordt:
1. Trek de stekker uit het stopcontact.
2. Verwijder al het voedsel
3. Ontdooi het apparaat.
4. Maak het apparaat en alle toebehoren schoon.
5. Laat de deuren open staan om onaangename
luchtjes te voorkomen.
Probleemoplossing
WAARSCHUWING! Raadpleeg de
hoofdstukken Veiligheid.
Wat te doen als...
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het apparaat werkt niet. Het apparaat werd uitgeschakeld. Schakel het apparaat in.
De stekker zit niet goed in het stop-
contact.
Steek de stekker goed in het stop-
contact.
Er staat geen spanning op het stop-
contact.
Sluit het apparaat aan op een ander
stopcontact. Neem contact op met
een erkend elektrotechnisch instal-
lateur.
Het apparaat is lawaaiig. Het apparaat staat niet stabiel. Controleer of het apparaat stabiel
staat.
Er is een hoorbaar of zichtbaar
alarm.
De kast werd onlangs ingeschakeld. Zie 'Alarm Deur geopend' of 'Alarm
Hoge temperatuur'.
De temperatuur in het apparaat is te
hoog.
Zie 'Alarm Deur geopend' of 'Alarm
Hoge temperatuur'.
De deur is open blijven staan. Sluit de deur.
De compressor werkt voortdurend. De temperatuur is verkeerd inge-
steld.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Bedie-
ningspaneel'.
Er werden veel voedingsproducten
in een keer opgeborgen.
Wacht een paar uur en controleer
dan de temperatuur opnieuw.
De temperatuur in de ruimte is te
hoog.
Zie ‘Installeren’.
De temperatuur van de voedings-
producten in het apparaat was te
hoog.
Laat voedingsproducten afkoelen
tot kamertemperatuur voordat je ze
opbergt.
De deur is niet goed gesloten. Zie de sectie ‘De deur sluiten’.
13
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De FastFreeze-functie is ingescha-
keld.
Zie de rubriek over ‘FastFreeze-
functie’.
De compressor start niet onmiddel-
lijk na het drukken op "FastFreeze" ,
of na het veranderen van de tempe-
ratuur.
De compressor start niet direct. Dit is normaal en geen storing.
De deur is niet goed gemonteerd of
dekt het ventilatierooster af.
Het apparaat staat niet waterpas. Raadpleeg de montage-instructies.
Deur gaat moeilijk open. Je probeerde de deur direct nadat je
die sloot opnieuw te openen.
Wacht even met de deur openen
nadat je die hebt gesloten.
De verlichting werkt niet. De stand-bystand van de verlichting
is ingeschakeld.
Sluit en open de deur.
De lamp is defect. Neem contact op met de dichtstbij-
zijnde klantenservice.
Er is te veel bevroren rijp en ijs. De deur is niet goed gesloten. Zie de sectie ‘De deur sluiten’.
Het deurrubber is vervormd of vuil. Zie de sectie ‘De deur sluiten’.
De voedingsproducten is niet goed
verpakt.
Verpak de voedingsproducten beter.
De temperatuur is verkeerd inge-
steld.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Bedie-
ningspaneel'.
Apparaat is volledig geladen en is
ingesteld op de laagste tempera-
tuur.
Stel een hogere temperatuur in.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Bedie-
ningspaneel'.
De ingestelde temperatuur in het
apparaat is te laag en de omge-
vingstemperatuur is te hoog.
Stel een hogere temperatuur in.
Raadpleeg het hoofdstuk 'Bedie-
ningspaneel'.
Er stroomt water over de achter-
wand van de koelkast.
Tijdens automatisch ontdooien
smelt rijp op de achterwand.
Dit is correct.
Er condenseert teveel water op de
achterwand van de koelkast.
De deur werd te vaak geopend. Open de deur alleen als het nodig
is.
De deur is niet volledig gesloten. Zorg ervoor dat de deur volledig ge-
sloten is.
Het bewaarde voedsel was niet in-
gepakt.
Verpak voedsel in geschikt materi-
aal voordat je het in het apparaat
plaatst.
Er stroomt water in de koelkast. Opgeborgen voedingsproducten
voorkomen dat het water in de wa-
teropvangbak loopt.
Zorg ervoor dat voedingsproducten
de achterwand niet raken.
14
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
De waterafvoer is verstopt. Reinig de waterafvoer.
Er stroomt water op de vloer. De smeltwaterafvoer is niet aange-
sloten op de verdampschaal boven
de compressor.
Sluit de smeltwaterafvoer aan op de
verdampschaal.
De temperatuur kan niet worden in-
gesteld.
De "FastFreeze functie" is inge-
schakeld.
Schakel de "FastFreeze functie"
handmatig uit, of wacht totdat de
functie automatisch deactiveert om
de temperatuur in te stellen.. Raad-
pleeg de rubriek over "FastFreeze
functie".
De temperatuur in het apparaat is te
laag/te hoog.
De temperatuur is niet correct inge-
steld.
Stel een hogere/lagere temperatuur
in.
De deur is niet goed gesloten. Zie de sectie ‘De deur sluiten’.
De temperatuur van de voedings-
producten is te hoog.
Laat de voedingsproducten afkoe-
len tot kamertemperatuur voordat je
ze opbergt.
Er worden veel voedingsproducten
in een keer opgeborgen.
Berg minder voedingsproducten in
een keer op.
De dikte van de rijp is groter dan 4 -
5 mm.
Ontdooi het apparaat.
De deur werd vaak geopend. Open de deur alleen als dat nodig
is.
De FastFreeze-functie is ingescha-
keld.
Zie de rubriek over ‘FastFreeze-
functie’.
Er wordt geen koude lucht gecircu-
leerd in het apparaat.
Zorg ervoor dat er koude lucht in het
apparaat circuleert. Zie ‘Nuttige
aanwijzingen en tips’.
Sommige specifieke oppervlakken
in het koelcompartiment zijn soms
warmer.
Dit is normaal.
De temperatuurinstellingleds knip-
peren tegelijkertijd.
Er is een fout opgetreden bij het
meten van de temperatuur.
Neem contact op met de dichtstbij-
zijnde klantenservice. Het koelsys-
teem blijft de voedingsproducten
koelen, maar de temperatuurinstel-
ling kan niet worden gewijzigd.
Bel, wanneer het advies niet tot
resultaten leidt, de dichtstbijzijnde
servicedienst voor dit merk.
Het lampje vervangen
Het apparaat is uitgerust met een ledbinnenlampje dat
een lange levensduur heeft.
Alleen een onderhoudsmonteur mag de verlichting
vervangen. Neem contact op met de klantenservice.
15
De deur sluiten
1. Maak de afdichtingen van de deur schoon.
2. Stel de deur, indien nodig, af. Raadpleeg
'Installatie-instructies'.
3. Vervang, indien nodig, de defecte deurafdichtingen.
Neem contact op met een erkend servicecentrum.
Geluiden
SSSRRR!
CLICK!
HISSS!
BRRR!
BLUBB!
Technische gegevens
De technische gegevens staan op het typeplaatje aan
de binnenkant van het apparaat en op het energielabel.
De QR-code op het energielabel dat bij het apparaat
wordt geleverd, biedt een internetkoppeling naar de
informatie gerelateerd aan de prestaties van het
apparaat in de EU-EPREL-database. Bewaar het
energielabel ter referentie samen
met de gebruikershandleiding en alle andere
documenten die bij dit apparaat worden geleverd.
Het is ook mogelijk om dezelfde informatie in EPREL te
vinden via de koppeling https://eprel.ec.europa.eu en de
modelnaam en het productnummer die u vindt op het
typeplaatje van het apparaat.
Zie de koppeling www.theenergylabel.eu voor
gedetailleerde informatie over het energielabel.
Aanwijzingen voor testinstituten
De installatie en voorbereiding van het toestel voor elke
EcoDesign-verificatie moet in overeenstemming zijn met
EN 62552. De ventilatievoorschriften, de afmetingen
van de uitsparingen en de minimale open afstanden aan
de achterzijde moeten voldoen aan de voorschriften van
deze gebruikershandleiding in hoofdstuk 3. Neem
contact op met de fabrikant voor verdere informatie,
inclusief laadplannen.
16
Milieubescherming
Recycleer de materialen met het symbool . Gooi de
verpakking in een geschikte afvalcontainer om het te
recycleren. Bescherm het milieu en de volksgezondheid
en recycleer op een correcte manier het afval van
elektrische en elektronische apparaten. Gooi apparaten
gemarkeerd met het symbool niet weg met het
huishoudelijk afval. Breng het product naar het
milieustation bij u in de buurt of neem contact op met de
gemeente.
17
Table des matières
Informations de sécurité 18
Consignes de sécurité 20
Installation 21
Bandeau de commande 24
Utilisation quotidienne 24
Conseils 26
Entretien et nettoyage
28
Dépannage 29
Bruits 33
Données techniques 33
Informations pour les instituts de test 33
Sous réserve de modifications.
VISITEZ NOTRE SITE WEB POUR :
Obtenir des conseils d’utilisation, des brochures, un dépanneur, des informations sur le service et
les réparations :
www.zanker.de/support
Informations de sécurité
Avant d'installer et d'utiliser cet appareil, lisez soigneusement les instructions
fournies. Le fabricant ne pourra être tenu pour responsable des blessures et
dégâts résultant d'une mauvaise installation ou utilisation. Conservez
toujours les instructions dans un lieu sûr et accessible pour vous y référer
ultérieurement.
Sécurité des enfants et des personnes vulnérables
Cet appareil peut être utilisé par des enfants âgés d'au moins 8 ans et par
des personnes ayant des capacités physiques, sensorielles ou mentales
réduites ou dénuées d’expérience ou de connaissance, s'ils sont
correctement surveillés ou si des instructions relatives à l'utilisation de
l'appareil en toute sécurité leur ont été données et s’ils comprennent les
risques encourus.
Les enfants de 3 à 8 ans peuvent charger et décharger l’appareil à
condition qu’ils aient reçu des instructions appropriées.
Cet appareil peut être utilisé par des personnes souffrant de handicaps
très importants et complexes à condition qu’elles aient reçu des
instructions appropriées.
Les enfants de moins de 3 ans doivent être tenus à l'écart de l'appareil, à
moins d'être surveillés en permanence.
Ne laissez pas les enfants jouer avec l’appareil.
Le nettoyage et l'entretien par l'usager ne doivent pas être effectués par
des enfants sans surveillance.
18
Ne laissez pas les emballages à la portée des enfants et jetez-les
convenablement.
Sécurité générale
Cet appareil est conçu pour un usage domestique et des applications
équivalentes, notamment :
bâtiments de ferme, cuisines réservées aux employés dans les
magasins, bureaux et autres lieux de travail ;
l'utilisation par les clients des hôtels, motels, des environnements du
type chambres d’hôtes et autres environnements à caractère
résidentiel.
Pour éviter la contamination des aliments, respectez les instructions
suivantes :
n’ouvrez pas la porte pendant de longues durées ;
nettoyez régulièrement les surfaces pouvant être en contact avec les
aliments et les systèmes d’évacuation accessibles ;
conservez la viande et le poisson crus dans des récipients appropriés
dans le réfrigérateur, afin qu’ils ne soient pas en contact ou ne coulent
pas sur d’autres aliments.
AVERTISSEMENT : Veillez à ce que les orifices de ventilation, situés
dans l'enceinte de l'appareil ou dans la structure intégrée, ne soient pas
obstrués.
AVERTISSEMENT : N’utilisez aucun dispositif mécanique ou autre moyen
pour accélérer le processus de dégivrage, hormis ceux recommandés par
le fabricant.
AVERTISSEMENT : N'endommagez pas le circuit de réfrigération.
AVERTISSEMENT : N'utilisez pas d'appareils électriques à l'intérieur des
compartiments de conservation des aliments de l'appareil, sauf s'ils sont
du type recommandé par le fabricant.
Ne pulvérisez pas d'eau ni de vapeur pour nettoyer l'appareil.
Nettoyez l'appareil avec un chiffon doux humide. Utilisez uniquement des
détergents neutres. N'utilisez pas de produits abrasifs, de tampons à
récurer, de solvants ni d'objets métalliques.
Si l’appareil est vide pendant une longue durée, éteignez-le, dégivrez-le,
nettoyez-le, séchez-le et laissez la porte ouverte pour empêcher le
développement de moisissure dans l’appareil.
19
Ne conservez pas de substances explosives dans cet appareil, telles que
des aérosols contenant un gaz propulseur inflammable.
Si le câble d'alimentation est endommagé, il doit être remplacé par le
fabricant, son service après-vente agréé ou des personnes aux
qualifications similaires afin d'éviter tout danger.
Consignes de sécurité
Installation
AVERTISSEMENT! L'appareil doit être
installé uniquement par un professionnel
qualifié.
Retirez l'intégralité de l'emballage.
N'installez pas et ne branchez pas un appareil
endommagé.
Pour des raisons de sécurité, n'utilisez pas l'appareil
avant de l'avoir installé dans la structure encastrée.
Suivez scrupuleusement les instructions
d'installation fournies avec l'appareil.
Soyez toujours vigilants lorsque vous déplacez
l'appareil car il est lourd. Utilisez toujours des gants
de sécurité et des chaussures fermées.
Assurez-vous que l'air circule autour de l'appareil.
Lors de la première installation ou après avoir
inversé la porte, attendez au moins 4 heures avant
de brancher l'appareil sur le secteur. Cela permet à
l'huile de refouler dans le compresseur.
Avant toute opération sur l'appareil (par ex.
inversion de la porte), débranchez la fiche de la
prise de courant.
N'installez pas l'appareil à proximité d'un radiateur,
d'une cuisinière, d'un four ou d'une table de cuisson.
N'exposez pas l'appareil à la pluie.
N'installez pas l'appareil dans un endroit exposé à la
lumière directe du soleil.
N'installez pas l'appareil dans une pièce trop
humide ou trop froide.
Lorsque vous déplacez l'appareil, veillez à le
soulever par l'avant pour éviter de rayer le sol.
Branchement électrique
AVERTISSEMENT! Risque d'incendie
ou d'électrocution.
AVERTISSEMENT! Lorsque vous
installez l'appareil, assurez-vous que le
câble d'alimentation n'est pas coincé ou
endommagé.
AVERTISSEMENT! N'utilisez pas
d'adaptateurs multiprises ni de rallonges.
L’appareil doit être relié à la terre.
Assurez-vous que les paramètres figurant sur la
plaque signalétique correspondent aux données
électriques nominale de l’alimentation secteur.
Utilisez toujours une prise de courant de sécurité
correctement installée.
Veillez à ne pas endommager les composants
électriques tels que la fiche secteur, le câble
d'alimentation ou le compresseur. Contactez le
service après-vente agréé ou un électricien pour
changer les composants électriques.
Le câble d'alimentation doit rester en dessous du
niveau de la fiche secteur.
Ne branchez la fiche secteur dans la prise secteur
qu'à la fin de l'installation. Assurez-vous que la prise
secteur est accessible après l'installation.
Ne tirez pas sur le câble secteur pour débrancher
l'appareil. Tirez toujours sur la fiche de la prise
secteur.
Utilisation
AVERTISSEMENT! Risque de
blessures, de brûlures, d'électrocution ou
d'incendie.
L'appareil contient un gaz inflammable,
l'isobutane (R600a), un gaz naturel ayant un niveau
élevé de compatibilité environnementale. Veillez à ne
pas endommager le circuit frigorifique contenant de
l'isobutane.
Ne modifiez pas les spécifications de cet appareil.
Ne placez aucun appareil électrique (sorbetière,
etc.) dans l'appareil, en l'absence d'indications du
fabricant.
Si le circuit frigorifique est endommagé, assurez-
vous de l'absence de flammes et de sources
d'ignition dans la pièce. Aérez la pièce.
Évitez tout contact d'éléments chauds avec les
parties en plastique de l'appareil.
20
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36

ZANKER KNLK14FS Manuel utilisateur

Taper
Manuel utilisateur

dans d''autres langues