AANWIJZINGEN EN TIPS
Tips voor energiebesparing
• Vriezer: De interne configuratie van het
apparaat zorgt voor het meest
efficiënte energiegebruik.
• Koelkast: Het meest efficiënte gebruik
van energie is verzekerd in de
configuratie met de lades in het
onderste deel van het apparaat en met
de rekken gelijkmatig verdeeld. De
positie van de deurbakken heeft geen
invloed op het energieverbruik.
• De deur niet vaker openen of open
laten staan dan noodzakelijk.
• Vriezer: Hoe kouder de
temperatuurinstelling, hoe hoger het
energieverbruik.
• Koelkast: Stel de temperatuur niet te
hoog in om energie te besparen, tenzij
de kenmerken van het voedsel dit
vereisen.
• Als de omgevingstemperatuur hoog is,
de temperatuurregeling op een lage
temperatuur staat en het apparaat
volledig gevuld is, kan de compressor
continu aanstaan waardoor er ijs op de
verdamper ontstaat. Stel in dit geval de
temperatuurregeling in op een hogere
temperatuur, om automatisch
ontdooien mogelijk te maken en zo
energie te besparen.
• Zorg voor een goede ventilatie. Dek de
ventilatieroosters of -gaten niet af.
Tips voor het invriezen
• Activeer de FastFreeze-functie ten
minste 24 uur voordat u het voedsel in
het vriesvak legt.
• Vóór het invriezen verpakken en
verzegelen van vers voedsel in:
aluminiumfolie, plastic folie of zakken,
luchtdichte containers met deksel.
• Verdeel voor efficiënter invriezen en
ontdooien het voedsel in kleine porties.
• Het wordt aanbevolen om etiketten en
datums op al uw diepvriesproducten te
plakken. Dit zal helpen
voedingsmiddelen te identificeren en te
weten wanneer ze moeten worden
gebruikt voordat ze bederven.
• Het voedsel moet vers zijn wanneer het
wordt ingevroren om een goede
kwaliteit te behouden. Vooral groenten
en fruit moeten na de oogst worden
ingevroren om al hun voedingsstoffen
te behouden.
• Flessen of blikken met vloeistoffen niet
invriezen, in het bijzonder dranken die
kooldioxide bevatten - ze kunnen
exploderen tijdens het invriezen.
• Plaats geen warm voedsel in het
koelvak. Koel het af bij
kamertemperatuur voordat u het in het
vak plaatst.
• Om te voorkomen dat de temperatuur
van al ingevroren voedsel toeneemt,
dient u vers voedsel hier niet direct
naast te plaatsen. Plaats voedsel op
kamertemperatuur in het deel van het
vriesvak waar geen bevroren voedsel
is.
• IJsblokjes, ingevroren water of
waterijsjes niet meteen nadat ze uit de
vriezer zijn gehaald opeten. Gevaar
voor bevriezing.
• Ontdooid voedsel niet opnieuw
invriezen. Als het voedsel ontdooid is,
kook het dan, koel het af en vries het
dan in.
Tips voor het bewaren van
ingevroren voedsel
• Het vriesvak is het vak gemarkeerd met
.
• Een hogere temperatuurinstelling in het
apparaat kan leiden tot een kortere
houdbaarheid.
• Het hele vriesvak is geschikt voor de
opslag van diepvriesproducten.
• Laat voldoende ruimte rond het voedsel
om de lucht vrij te laten circuleren.
• Raadpleeg voor adequate opslag het
etiket van de voedselverpakking om de
houdbaarheid van voedsel te bekijken.
12