8 Faites passer le premier périphérique de démarrage à
CD-ROM à l’aide de l’une des méthodes suivantes :
■
Appuyez sur la touche fléchée vers le bas pour
sélectionner CD-ROM. Appuyez sur la touche + (plus)
pour amener CD-ROM en première position dans la
liste.
— Ou —
■
Appuyez sur la touche fléchée vers le bas pour
sélectionner le premier périphérique de démarrage.
Appuyez sur la touche + (plus) jusqu’à ce que CD-ROM
soit sélectionné.
Une fois l’installation terminée, vous ramènerez le BIOS à
ses paramètres d’origine.
9 Appuyez sur le bouton d’éjection du lecteur de CD-ROM
supérieur et attendez que le plateau s’ouvre. Insérez le
CD de réinstallation système n
o
1 et fermez le plateau.
10 Appuyez sur la touche F10 pour enregistrer les
modifications et quitter le BIOS.
11 Vérifiez que Oui est sélectionné puis appuyez sur Entrée.
12 L’ordinateur démarre la réinstallation ; attendez
l’apparition des instructions à l’écran et suivez-les :
■
Si votre ordinateur a un disque dur vierge ou altéré,
l’option R exécute une réinstallation complète du
système. Insérez les autres CD quand on vous le
demande.
— Ou —
■
Pour une réinstallation standard, appuyez sur R, puis à
nouveau sur R. Cliquez sur Suivant pour continuer la
procédure de réinstallation sans perte de données.
Cliquez sur Oui pour démarrer la réinstallation. Insérez
les autres CD quand on vous le demande.
— Ou —
■
Pour une réinstallation complète du système, appuyez
sur R, puis sur F. Cliquez sur Oui pour démarrer la
réinstallation complète du système. Insérez les autres
CD quand on vous le demande.
À la fin du programme de réinstallation, cliquez sur
Redémarrer pour redémarrer l’ordinateur.
13 Avant le redémarrage de l’ordinateur, le CD est éjecté.
Retirez le CD du lecteur.
14 Ramenez le BIOS à ses paramètres d’origine. Au
démarrage, lorsque l’écran de couleur avec le logo
apparaît, appuyez sur la touche F1 du clavier jusqu’à
l’affichage de Début configuration à... (Vous disposez de
quelques secondes pour appuyer sur F1 avant que le
processus de démarrage normal ne continue.) Attendez
que le programme de configuration du BIOS s’ouvre.
15 Appuyez sur la touche fléchée vers la droite pour
sélectionner Démarrer.
16 Appuyez sur la touche fléchée vers le bas pour
sélectionner Priorité périph. démarrage puis appuyez sur
la touche Entrée du clavier.
17 Rétablissez la valeur par défaut du premier périphérique
de démarrage à l’aide de l’une des méthodes suivantes :
■
Appuyez sur la touche fléchée vers le bas ou vers le
haut pour sélectionner CD-ROM. Appuyez sur la touche
– (moins) pour amener CD-ROM en troisième position
dans la liste.
— Ou —
■
Appuyez sur la touche fléchée vers le bas pour
sélectionner le premier périphérique de démarrage.
Appuyez sur la touche + (plus) jusqu’à ce que Disquette
soit sélectionné.
18 Appuyez sur la touche F10 pour enregistrer les
modifications et quitter le BIOS.
19 Vérifiez que Oui est sélectionné puis appuyez sur Entrée.
Une série d’écran de démarrage apparaît après le
redémarrage de l’ordinateur. Pour exécuter la
configuration initiale de Microsoft Windows, vous devez
répondre à quelques questions.
20 Terminez la procédure d’enregistrement, puis reconnectez
tous les périphériques.
21 Réinstallez les logiciels qui n’étaient pas installés à
l’origine sur l’ordinateur.
22 Copiez les fichiers de données que vous avez
sauvegardés sur CD ou disquette sur le disque dur.
Remarque : Si vous avez des questions à propos de la
procédure de réinstallation du système, veuillez
contacter le Service d’assistance ; vous pouvez aussi
consulter le Manuel d’assistance livré avec la
documentation de votre ordinateur.
Systeemherstel
De licentie voor het gebruik van de cd’s voor systeemherstel is
uitsluitend van toepassing op uw specifieke pc-model.
Er zijn twee herstelopties mogelijk met het herstelprogramma:
Standaardherstel (niet-destructief) of volledig systeemherstel.
■
Standaardherstel: Dit is een niet-destructief
systeemherstel, waarmee door de fabriek geleverde
programma’s, stuurprogramma’s en het besturingssysteem
worden teruggezet en door u gemaakte
gegevensbestanden op de pc ongemoeid worden gelaten.
Na het systeemherstel staan sommige bestanden mogelijk
niet meer op dezelfde plek. Daarom is het toch verstandig
om een back-up van alle bestanden op de vaste schijf te
maken voordat u het systeemherstel uitvoert.
■
Volledig systeemherstel: Met deze herstelfunctie wordt
de vaste schijf helemaal gewist en opnieuw geformatteerd.
Het programma voert een volledig systeemherstel uit
waarbij het besturingssysteem, de programma’s en de
stuurprogramma’s opnieuw worden geïnstalleerd vanaf de
cd’s voor systeemherstel. Eventuele software die niet van
fabriekswege was geïnstalleerd, dient u echter zelf
opnieuw te installeren. Dit betreft onder andere de
software die zich bevindt op de cd’s in de doos met
computeraccessoires en de softwareprogramma’s die u na
de aankoop van de PC heeft geïnstalleerd.
Opm.: Als de vaste schijf leeg is of defect, is alleen een
volledig systeemherstel mogelijk.
Het herstelprogramma uitvoeren:
1 Als de computer werkt, maakt u een back-up van alle
gegevensbestanden die u op verwisselbare media kunt
plaatsen, zoals een cd-rw of een diskette. Neem vervolgens
de back-up-cd of de diskette die u heeft gemaakt uit het
station.
2 Schakel de computer uit:
■
Als de computer werkt: klik op Start op de taakbalk,
klik op De computer uitschakelen en vervolgens op
Uitschakelen.
Of:
■
Houd de aan/uit-schakelaar ongeveer vijf seconden
ingedrukt totdat de computer wordt uitgeschakeld.
3 Ontkoppel alle randapparaten van de PC behalve de
monitor, het toetsenbord en de muis.
4 Druk op de aan/uit-schakelaar om de computer in te
schakelen.
5 Wanneer het gekleurde scherm met het logo verschijnt,
drukt u op F1 op het toetsenbord totdat Entering SETUP
(SETUP openen) verschijnt. (U heeft slechts enkele
seconden om op F1 te drukken voordat de normale
opstartprocedure wordt voortgezet.) Wacht totdat het
BIOS-instelprogramma wordt geopend.
6 Druk op pijl-rechts om Boot (Opstarten) te kiezen.
7 Druk op pijl-omlaag om Boot Device Priority
(Apparaatprioriteit bij opstarten) te kiezen en druk
vervolgens op Enter.
8 Gebruik een van de volgende methoden om het eerste
opstartapparaat in te stellen op cd-rom:
■
Druk op pijl-omlaag om CD-ROM te kiezen. Druk op de
toets + (plus) om CD-ROM naar boven te verplaatsen
totdat dit het eerste item in de lijst is.
Of:
■
Druk op pijl-omlaag en selecteer First Boot Device
(Eerste opstartapparaat). Druk op de toets + (plus) en
selecteer CD-ROM als eerste opstartapparaat.
Nadat de installatie is voltooid, zet u de BIOS weer terug
op de oorspronkelijke instelling.
9 Druk op de uitwerpknop van het bovenste cd-rom-station
en wacht tot de lade wordt geopend. Plaats de
systeemherstel-cd nr. 1 in de lade en sluit deze.
10 Druk op F10 om de wijzigingen op te slaan en de BIOS
af te sluiten.
11 Druk op Enter terwijl Ye s is geselecteerd.
12 Het systeemherstel wordt nu gestart. Wacht tot de
instructies op het scherm verschijnen. Doe dan het
volgende:
■
Als de vaste schijf van de PC leeg is of defect, drukt u
op H om een volledig systeemherstel uit te voeren.
Plaats de overige cd’s wanneer het programma daarom
vraagt.
Of:
■
Druk bij een standaardherstel op H en vervolgens
nogmaals op H. Klik op Volgende om door te gaan
met het niet-destructief systeemherstel. Klik op Ja om het
herstel te starten. Plaats de overige cd’s wanneer het
programma daarom vraagt.
Of:
■
Druk voor een volledig systeemherstel op H, en
vervolgens op F. Klik op Ja om een volledig
systeemherstel uit te voeren. Plaats de overige cd’s
wanneer het programma daarom vraagt.
Als het herstelprogramma gereed is, klikt u op Opnieuw
starten om de computer opnieuw op te starten.
13 De cd-lade komt naar buiten voordat de computer wordt
opgestart. Verwijder de cd.
14 Zet de BIOS-instelling terug op de oorspronkelijke
waarde. Wanneer tijdens het opstarten het gekleurde
scherm met het logo verschijnt, drukt u op F1 op het
toetsenbord totdat Entering SETUP (SETUP openen)
verschijnt. (U heeft slechts enkele seconden om op F1 te
drukken voordat de normale opstartprocedure wordt
voortgezet.) Wacht totdat het BIOS-instelprogramma
wordt geopend.
15 Druk op pijl-rechts om Boot (Opstarten) te kiezen.
16 Druk op pijl-omlaag om Boot Device Priority
(Apparaatprioriteit bij opstarten) te kiezen en druk
vervolgens op Enter.
17 Gebruik een van de volgende methoden om het eerste
opstartapparaat terug te zetten op de oorspronkelijke
instelling:
■
Druk op pijl-omlaag of pijl-omhoog om CD-ROM te
kiezen. Druk op de toets – (min) om CD-ROM naar
beneden te verplaatsen totdat dit het derde item in de
lijst is.
Of:
■
Druk op pijl-omlaag en selecteer First Boot Device
(Eerste opstartapparaat). Druk op de toets + (plus) en
selecteer Floppy als eerste opstartapparaat.
18 Druk op F10 om de wijzigingen op te slaan en de BIOS
af te sluiten.
19 Druk op Enter terwijl Ye s is geselecteerd. Nadat de
computer opnieuw is opgestart, verschijnt een aantal
opstartschermen. Als u verder wilt gaan met het instellen
van Microsoft Windows, dient u enkele vragen te
beantwoorden.
20 Voltooi het registratieproces en sluit de randapparatuur
opnieuw aan.
21 Installeer opnieuw de software die niet van fabriekswege
op uw computer was geïnstalleerd.
22 Kopieer de gegevensbestanden die u op de back-up-cd of
de diskette heeft opgeslagen naar de harde schijf.
Opm.: Als u vragen heeft over de systeemherstelprocedure,
neemt u contact op met de ondersteuningsafdeling
(raadpleeg de informatie over ondersteuning in de
documentatie bij de computer).