Enraf-Nonius Radarmed 950+ Manuel utilisateur

Taper
Manuel utilisateur
Radarmed 950+
Gebruikershandleiding
Operating Instructions
Gebrauchsanweisung
Mode d’emploi
Manual de uso
Copyright: Enraf-Nonius B.V.
Vareseweg 127
The Netherlands
Tel: +31 (0)10 20 30 600
Fax: +31 (0)10 20 30 699
www.enraf-nonius.com
Part number: 1435752_41
February 24, 2017
This Instruction For Use contains below
documents
081-400-095-41_950+_NL
081-400-095-41_950+_EN
081-400-095-41_950+_DU
081-400-095-41_950+_FR
081-400-095-41_950+_ES
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 1 of 27
INHOUDSOPGAVE
1 Voorwoord .............................................................................................................................. 2
1.1 Over deze handleiding .................................................................................................. 2
1.2 Productaansprakelijkheid .............................................................................................. 2
2 Productbeschrijving .............................................................................................................. 3
2.1 Veiligheid ....................................................................................................................... 3
3 Waarschuwingen ................................................................................................................... 4
4 Voorzorgsvoorschriften ........................................................................................................ 6
4.1 Voorbereiden van het apparaat en het behandelend personeel ................................... 6
4.2 Voorbereiden van de patiënt ......................................................................................... 6
4.3 Dosering ........................................................................................................................ 7
4.4 Na de behandeling ........................................................................................................ 7
5 Bedoeld gebruik ..................................................................................................................... 8
5.1 Indicaties ....................................................................................................................... 8
5.2 Contra-indicaties ............................................................................................................ 8
6 Bestelgegevens ..................................................................................................................... 9
7 Installatie .............................................................................................................................. 10
7.1 Installatie van het apparaat ......................................................................................... 10
7.2 Aansluiten .................................................................................................................... 10
7.3 Verplaatsen en transporteren ...................................................................................... 10
7.4 Elektromagnetische interferentie ................................................................................. 10
7.5 Aansluiten netsnoer ..................................................................................................... 10
7.6 Montage stralerarm ..................................................................................................... 10
7.7 Bevestigen straler ........................................................................................................ 10
7.8 Aansluiten HF-kabel .................................................................................................... 11
7.9 Aanschakelen en zelftest ............................................................................................ 12
8 Bediening ............................................................................................................................. 13
8.1 Bedieningspaneel ........................................................................................................ 13
8.2 Bediening ..................................................................................................................... 16
9 Reiniging en onderhoud ..................................................................................................... 22
9.1 Reiniging ...................................................................................................................... 22
9.2 aanwijzingen bij storingen ........................................................................................... 22
9.3 Technisch onderhoud .................................................................................................. 22
9.4 verwachte levensduur ................................................................................................. 23
9.5 Einde levensduur ......................................................................................................... 23
10 Specificaties ......................................................................................................................... 23
10.1 Microgolftherapie ...................................................................................................... 23
10.2 technische specificaties ........................................................................................... 23
10.3 EMC-gegevens ........................................................................................................ 24
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 2 of 27
1 Voorwoord
1.1 Over deze handleiding
Deze handleiding is geschreven voor de eigenaars en bedieners van de Radarmed 950+. De
handleiding bevat algemene voorschriften voor bediening, voorzorgsmaatregelen en onderhoud,
alsmede informatie over onderdelen. Om het gebruik, de efficiëntie en de levensduur van uw unit te
optimaliseren dient u deze handleiding zorgvuldig door te lezen en vertrouwd te raken met de
bedieningsorganen en de accessoires voordat u de unit bedient.
Dit apparaat is uistluitend bedoeld voor gebruik door vakkundig personeel in de fysiotherapie,
revalidatie en aangrenzende gebieden.
WAARSCHUWING (alleen voor de USA)):
De Radarmed 950+ mag alleen worden gebruikt onder continue supervisie van een arts of een
geregistreerde behandelaar.
De in deze handleiding gegeven specificaties waren geldig op het moment van publicatie. Omdat
Enraf-Nonius BV een beleid van continue verbetering hanteert, kunnen deze specificaties echter op
elk moment zonder verplichtingen voor Enraf-Nonius BV worden gewijzigd.
1.2 Productaansprakelijkheid
In veel landen is inmiddels een wet op de productaansprakelijkheid van kracht. Deze wet houdt onder
meer in dat de fabrikant 10 jaar nadat een product in omloop is gebracht niet langer aansprakelijk kan
worden gesteld voor mogelijke gebreken aan het product.
Voor zover toegestaan door de van toepassing zijnde wetgeving zullen Enraf-Nonius of haar
leveranciers of verkopers in geen geval aansprakelijk zijn voor indirecte, uitzonderlijke, incidentele of
gevolgschade voortvloeiend uit het gebruik van dan wel de onmogelijkheid van het gebruik van het
product, met inbegrip van maar niet beperkt tot schade als gevolg van verlies aan goodwill,
werkonderbreking, computerdefecten of -storingen, of andere commerciële schade of verliezen, zelfs
indien Enraf-Nonius op de hoogte is gesteld van de mogelijkheid daarvan en ongeacht de rechts- of
billijkheidstheorie (contract, onrechtmatige daad of anderszins) waarop de claim is gebaseerd. Enraf-
Nonius zal op grond van de bepalingen van deze overeenkomst in geen geval aansprakelijk zijn voor
schade die meer bedraagt dan het bedrag dat Enraf-Nonius voor dit product van u heeft ontvangen
en eventuele vergoedingen voor ondersteuning van het product die door Enraf-Nonius op grond van
een afzonderlijke ondersteunings-overeenkomst zijn ontvangen. In geval van overlijden of lichamelijk
letsel voortvloeiend uit de nalatigheid van Enraf-Nonius geldt deze bepaling niet voor zover de
toepasselijke wetgeving een dergelijke beperking verbiedt.
De wederpartij (productgebruiker of vertegenwoordiger daarvan) is gehouden Enraf-Nonius te
vrijwaren voor alle claims van derden, van welke aard en met welke relatie tot de wederpartij dan ook.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 3 of 27
2 Productbeschrijving
De Radarmed 950+ is een apparaat voor continu en pulserende microgolftherapie met een frequentie
van 2450 MHz (12 cm golven). De veilige doseringsmogelijkheid op basis van het warmtegevoel van
de patiënt is een groot voordeel van microgolftherapie. Microgolftherapie is eenvoudig toe te passen
dank zij de unipolaire applicatie. Met de drie verschillende stralers kunnen alle in de praktijk benodigde
applicaties worden uitgevoerd.
Stralers
Rondveldstraler
Met de rondveldstraler kan men in kleinere gebieden een grote dieptewerking bereiken. Het is de meest
universele en daardoor de meest gebruikte straler.
Langveldstraler
Met de langveldstraler kunnen de extremiteiten worden behandeld.
Grootveldstraler
De grootveldstraler dient voor behandeling van grote lichaamsvlakken. De vorm van de straler is aan
de lichaamscontouren aangepast. Geïsoleerde gebieden zoals het schouder of kniegewricht kunnen
met deze straler goed behandeld worden evenals grotere spierbundels in het rug en schoudergebied.
2.1 Veiligheid
Een ingebouwde microprocessor controleert alle belangrijke functies van het apparaat en waarborgt
de veiligheid. Een korte pieptoon elke 5 seconden geeft aan dat microgolfenergie wordt opgewekt.
Wordt tijdens een behandeling abusievelijk de HF-kabel uitgetrokken (van apparaat of straler) dan
schakelt het apparaat onmiddellijk het HF-vermogen uit en klinkt 3 maal een beep van 1 seconde
lang. Voor het vervolgen van de behandeling dient het vermogen opnieuw ingesteld te worden nadat
de verbinding hersteld is.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 4 of 27
3 Waarschuwingen
De Radarmed 950+ is uitsluitend bedoeld voor gebruik door bekwaam personeel bij
fysiotherapie, revalidatie of aangrenzende vakgebieden.
De Radarmed 950+ mag alleen worden gebruikt onder constant toezicht door een arts (alleen
VS).
Zorg ervoor dat u op de hoogte blijft van de contra-indicaties (zie hoofdstuk 4).
Het apparaat mag niet in de buurt (d.w.z. op minder dan 2 meter) van kortegolfapparatuur
worden gebruikt.
Het apparaat mag niet worden gebruikt in kamers voor hydrotherapie.
Er geldt een contra-indicatie voor patiënten met een pacemaker of hartelektroden. Zij moeten
uit de buurt worden gehouden van alle kamers waarin de microgolfeenheden worden gebruikt.
Personen die niet worden behandeld moeten minimaal 1,5 meter afstand houden van de straler
wanneer de eenheid in gebruik is.
Het apparaat mag niet worden gebruikt bij aanwezigheid van ontvlambare anesthetica.
Tijdens de behandeling is er een hoogfrequentieveld aanwezig in de stralingsrichting van de
straler dat metalen voorwerpen kan verwarmen en storingen in elektronische apparaten kan
veroorzaken. Personen die zich in deze zone bevinden, moeten daarom metalen voorwerpen
(zoals pagers, gehoorapparaten, horloges, sieraden en piercings) afdoen of wegleggen.
De straler mag alleen worden uitgelijnd wanneer er geen energieafgifte plaatsvindt. Een dosis
mag in alle gevallen alleen worden ingesteld wanneer er een patiënt zich vóór de straler
bevindt. Dit zorgt ervoor dat het grootste gedeelte van de microgolfenergie door de patiënt
wordt geabsorbeerd, waardoor de mate van interferentie tot een minimum wordt beperkt.
Er mogen alleen originele accessoires worden gebruikt. Behandeling met beschadigde stralers
of kabels (zoals vervorming aan de buitenzijde) is niet toegestaan.
Behandel de stralers voorzichtig. Onzorgvuldige behandeling kan het elektromagnetische veld
van de straler beïnvloeden.
Behandelstoelen, -tafels of -bedden die zich binnen de stralingszone bevinden, mogen niet van
metaal zijn gemaakt of metalen onderdelen of halfgeleidende bedekkingsmaterialen bevatten,
omdat deze heet kunnen worden. Het wordt aanbevolen stoelen of banken van hout met textiel
of kunststof bedekking te gebruiken.
Test de warmtegevoeligheid van het te behandelen deel voordat u de behandeling start.
Voorafgaand aan de behandeling moet de patiënt alle kledingstukken die metaal (Lurex)
bevatten uitdoen en metalen voorwerpen uit de zakken wegleggen, omdat deze anders aan de
straling zouden kunnen worden blootgesteld. Dergelijke voorwerpen kunnen ringen, kettingen,
klemmen, armbanden, sieraden, horloges, piercings, kledingstukken met metalen onderdelen
zoals bh's, bretels en korsetten, gehoorapparaten en metalen en elektronische prothesen
omvatten.
Opeenhopingen van vocht worden sneller heet in de behandelzone van de straler. In lederen of
synthetische kleding transpireert men sneller. Het wordt daarom aanbevolen om de te
behandelen lichaamsdelen te ontbloten en, in het geval van sterke transpiratie, de
lichaamsdelen (huidplooien) af te drogen. Droog verband kan zonder gevaar worden bestraald.
Diathermie mag niet worden toegepast op delen die zijn bedekt met vochtig verband of
klevende tape.
Lichaamsdelen die metalen endoprothesen bevatten, zoals medullaire pennen, metalen
splinters, metalen gewrichten, pennen, spiralen, schedelplaten, vullingen en kronen in tanden,
draden, enzovoort mogen niet of slechts met een zeer lage dosis worden behandeld.
Bij het behandelen van smalle lichaamsdelen (zoals een pols), moet de straler zodanig worden
ingesteld dat gevoelige onderdelen van het lichaam (zoals ogen, testikels) zich niet in het
stralingsgebied bevinden. In deze gevallen wordt aanbevolen om een kleinere straler te
gebruiken.
De patiënt moet een ontspannen en comfortabele houding aan kunnen nemen gedurende de
gehele behandeling.
Baby's kunnen het beste helemaal worden uitgekleed voor de behandeling. Hun
lichaamsvolume vraagt om speciale nauwkeurigheid bij het berekenen de dosis en de
huidtemperatuur moet regelmatig met de hand worden gecontroleerd.
Stel de dosis altijd in op basis van de afzonderlijke patiënt en nooit volgens een vast schema.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 5 of 27
Iedere patiënt heeft een andere gevoeligheid voor warmte en die gevoeligheid blijft doorgaans
pas na 5 minuten stabiel.
De warmtegevoeligheid van de patiënt kan in de loop van de behandeling wisselen
(aanpassing).
De patiënt moet worden gevraagd aan te geven wanneer de warmte toeneemt. De dosis moet
dan worden verminderd.
De dosis mag nooit worden verhoogd omdat de waargenomen warmte tijdens de behandeling
afneemt.
Wanneer een gevoelsstoornis wordt vermoed, moet de subjectieve warmtewaarneming van de
patiënt worden gecontroleerd aan de hand van de huidtemperatuur. Om oververhitting in
dergelijke gevallen te voorkomen, moet de dosis zeer zorgvuldig worden aangepast. Pas
uitsluitend lage doses gedurende korten periode toe op het te behandelen gebied.
Microgolftherapie mag nooit worden toegepast op lichaamsdelen die lokaal zijn
verdoofd, omdat dit kan leiden tot plaatselijke brandwonden.
De verwachte effecten worden gecontroleerd.
De patiënt wordt gevraagd eventuele reacties die optreden duidelijk te omschrijven.
Volg de instructies in de gebruikershandleiding.
Lees de veiligheidsinstructies en gebruiksinstructies aandachtig door en pas ze toe.
Plaats de eenheid niet in de buurt van een warmtebron, zoals een verwarming.
Voorkom blootstelling aan direct zonlicht, regen, overmatige hoeveelheden stof, vocht,
mechanische trillingen en schokken.
Elektronische apparaten, zoals draadloze telefoons, mogen niet in de buurt van de eenheid
worden gebruikt.
De eenheid moet op zo'n manier worden geplaatst dat binnendringen van vocht niet mogelijk is.
Gebruik altijd de originele accessoires die door Enraf-Nonius voor deze eenheid zijn
voorgeschreven.
Dek de ventilatieopeningen niet af.
Indien vloeistof de behuizing van dit apparaat is binnengedrongen, haalt u de stekker van de
eenheid los uit het stopcontact (indien aangesloten) en laat u het apparaat controleren door
een bevoegd expert.
Netvoedingsaansluitingen moeten voldoen aan de landelijke vereisten voor medische ruimten.
Voordat u dit apparaat aansluit op netspanning, moet u controleren of het voltage en de
frequentie die zijn vermeld op het typeplaatje overeenkomen met de beschikbare netspanning.
De remmen op de wielen van de eenheid moeten uit veiligheidsoogpunt aan het begin van een
behandeling worden vergrendeld.
Bij het verplaatsen of transporteren van de Radarmed 950+ mag u nooit aan de straler of
stralerarm trekken om te voorkomen dat de eenheid kantelt.
Gebruik van het apparaat in de buurt van (d.w.z. dichterbij dan 2 meter) kortegolfapparatuur
kan leiden tot instabiliteit in het vermogen van de Radarmed.
Om interferentie te voorkomen, mogen kortegolfeenheden in dezelfde kamer of in een
aangrenzende kamer niet naar de microgolfeenheden zijn gericht.
Om elektromagnetische interferentie te voorkomen, raden we u ten zeerste aan aparte
netvoedingsgroepen (fasen) te gebruiken voor de Radarmed en de kortegolfapparaten. Zorg
ervoor dat het netsnoer van de kortegolfeenheid niet in de buurt van de Radarmed of de patiënt
komt.
Elektroakoestische apparaten (zoals radio's, intercomsystemen, telefoonsystemen, enzovoort)
moeten worden getest op gebruik bij microgolfstraling wanneer interferentie optreedt. Het kan
voldoende zijn om de richting van de straler aan te passen.
Plaats de apparatuur volgens de installatie-instructies.
De lengte van de HF-kabel is zeer belangrijk. Gebruik daarom uitsluitend de kabel die door
Enraf-Nonius is geleverd.
De stralers en HF-kabel moeten regelmatig worden geïnspecteerd op schade en defecte
contacten.
Beschadigde stralers en HF-kabels mogen niet worden gebruikt.
Laat de eenheid jaarlijks door uw leverancier of door een andere, door Enraf-Nonius
aangewezen instantie controleren.
Onderhoud en reparaties mogen uitsluitend worden uitgevoerd door een bevoegde instantie.
Het openen van de apparatuur door onbevoegde personen is niet toegestaan en leidt tot het
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 6 of 27
vervallen van de garantie.
Zorg ervoor dat u goed op de hoogte bent van lokale regels en regelgeving betreffende het
afvoeren van de apparaten en accessoires.
De eenheid is uitgerust met een veiligheidsaarding en moet worden aangesloten op een geaard
stopcontac.
4 Voorzorgsvoorschriften
Het is belangrijk dat u, voor het in gebruik nemen van de Radarmed 950+, deze handleiding goed
doorleest. Zorgt u er vooral voor dat deze handleiding altijd beschikbaar is voor al het betrokken
personeel.
Let bij het gebruik van de Radarmed 950+ met name op het volgende:
1. dient zich op de hoogte te stellen van de contra-indicaties (zie hoofdstuk 4).
2. Het apparaat mag niet gebruikt worden in de nabijheid (d.w.z. op minder dan 2 meter afstand)
van een kortegolfapparaat.
3. Het apparaat mag niet gebruikt worden in zogeheten “natte ruimten” (hydrotherapieruimten).
4. patiënten bij wie een pacemaker of electrode is ingeplant zich niet in ruimten bevinden waar een
microgolfapparaat gebruikt wordt, aangezien voor hen een behandeling ten strengste verboden
is;
5. personen die niet behandeld worden zich niet binnen een straal van 1,5 meter van een werkend
apparaat bevinden.
6. Het apparaat mag niet worden gebruikt bij aanwezigheid van ontvlambare anesthetica.
De fabrikant is niet aansprakelijk voor de gevolgen van gebruik van het apparaat anders dan
beschreven in deze handleiding.
4.1 Voorbereiden van het apparaat en het behandelend personeel
Tijdens de behandeling zendt de straler een hoogfrequent elektromagnetisch veld uit dat
oververhitting van metalen voorwerpen en storing op elektronische apparatuur kan
veroorzaken. Personen die zich binnen dit veld bevinden dienen dan ook dergelijke voorwerpen
(zoals oproep of gehoorapparaten, horloges, sieraden, piercings e.d.) af te doen.
Het richten van de straler mag alleen plaatsvinden als het apparaat geen straling afgeeft.
Principieel mag een vermogen alleen ingesteld worden als er een patiënt voor de straler
geplaatst is. Zo absorbeert de patiënt het grootste gedeelte van de microgolfenergie en wordt
ongewenste staling tot een minimum beperkt.
Alleen de originele toebehoren mogen gebruikt worden. Een behandeling met beschadigde
stralers of kabels (b.v. vervorming) is niet toegestaan.
Hanteer de stralers met zorg. Wild gebruik kan het elektromagnetisch veld van de stralers
beïnvloeden.
Apparatuur en accessoires zoals behandelstoelen, -tafels of bedden die zich binnen het bereik
van de straler bevinden mogen niet van metaal zijn of metalen onderdelen bevatten (bijv.
spiraalveren in een matras), of met een geleidende stof bekleed zijn, daar dit materiaal verhit
zou kunnen raken. Het is aan te bevelen houten meubels met een stoffen of niet geleidende
kunststoffen bekleding te gebruiken
4.2 Voorbereiden van de patiënt
Test de warmtegevoeligheid van het te behandelen deel voordat u de behandeling start.
Voor het begin van de behandeling moeten metaalhoudende kledingstukken (Lurex) en
kledingstukken met metalen sluitingen uitgetrokken worden. Ook moeten alle metalen of
metaalhoudende voorwerpen die zich binnen het bereik van de straler bevinden, afgelegd
worden. Ook de zakken in de kledingstukken dienen te worden geleegd (sleutels, zakmessen).
Juwelen dienen afgedaan te worden (vergeet oorbellen, kettingen en piercings niet). Horloges
en metaalhoudende protheses kunnen tot verbrandingen leiden. Elektronische apparaten
kunnen gestoord worden of bij hoge veldsterktes zelfs beschadigd worden (gehoorapparatuur,
zakrekenmachines, digitale horloges).
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 7 of 27
In het behandelgebied van de straler worden vochtplekken intensiever verhit. Met name in
lederen en kunststoffen (nylon, perlon) kleding treedt gemakkelijk transpiratie op. Daarom
verdient het de voorkeur de te behandelen lichaamsdelen te ontkleden, en eventueel, bij sterk
transpirerende patiënten, af te drogen (huidplooien). Droog verband wordt probleemloos
doorstraald. Behandelgebieden die met vochtig verband of kleefband bedekt zijn, kunnen niet
met microgolftherapie behandeld worden.
Lichaamsdelen met metalen endoprothesen, zoals mergpennen, metalen gewrichten, stiften,
spiralen, schedelplaten, tandvullingen en kronen, draden e.d. mogen niet of slechts in zeer
geringe mate behandeld worden.
Men dient ervoor te zorgen dat de straler bij de behandeling van smalle lichaamsdelen (bijv.
het handgewricht), zodanig gericht staat, dat gevoelige lichaamsdelen (bijv. ogen, testikels)
zich niet onbedoeld in het stralingsgebied bevinden. In dergelijke gevallen is het beter een
kleinere straler (b.v. de rondveldstraler) te gebruiken.
Tijdens de behandeling dient de patiënt een ontspannen en rustige lichaamshouding aan te
kunnen nemen.
Baby's kunnen het beste helemaal worden uitgekleed voor de behandeling. Hun
lichaamsvolume vraagt om speciale nauwkeurigheid bij het berekenen de dosis en de
huidtemperatuur moet regelmatig met de hand worden gecontroleerd.
4.3 Dosering
Indien men de bedieningsvoorschriften nauwkeurig opvolgt, dan zal de patiënt geen schade van de
microgolfbehandeling ondervinden. Door de sterke toename van de bloedcirculatie wordt de
opkomende warmte snel verder geleid zodat er geen hittestuwing kan plaatsvinden. Door grove
behandelfouten (sterke overdosis) kan schade veroorzaakt worden, zoals dat met iedere andere
fysieke of medicamenteuze behandelmethode het geval is.
In de praktijk kunnen vier niveaus van warmtegevoeligheid worden onderscheiden:
Onwaarneembare warmte: de huid is tot net onder de warmtegevoeligheidsdrempel
opgewarmd. Stel de dosis zo in dat de warmte net waarneembaar is, en verminder de dosis
vervolgens een paar stappen.
Enige warmte: net waarneembare warmte
Comfortabele warmte: aangename, goed verdraagbare warmte
Heet: een nog net verdraagbaar, bijna brandend gevoel van warmte
De subjectieve warmtesensatie van de patiënt moet altijd maatgevend zijn voor de dosering. Daarom
moet men bij de eerste behandeling altijd enige tijd uittrekken om zorgvuldig naar de subjectieve
waarneming van de patiënt te vragen.
De instelling van het vermogen geschiedt nooit volgens een schema, maar altijd individueel.
De warmtegevoeligheid is bij elke patiënt verschillend en stabiliseert zich pas na ongeveer vijf
minuten.
De warmtegevoeligheid van de patiënt kan gedurende de behandeling variëren (adaptatie).
Vraag de patiënt om een toenemende warmtesensatie te melden. Het vermogen kan dan
worden verlaagd.
Bij het uitblijven van een warmtesensatie mag men er in geen geval toe over gaan het
vermogen te verhogen.
Vermoedt men sensibiliteitsstoornissen dan kan men de subjectieve warmtewaarneming van
de patiënt aan de hand van de huidtemperatuur controleren. In een dergelijk geval dient men
uiterst voorzichtig te doseren en uitsluitend met lage vermogens en korte behandeltijden te
werk te gaan.
Tot slot wijzen wij er nadrukkelijk op, dat toepassing van microgolf op een plaatselijk verdoofd
behandelgebied ten strengste af te raden is; het kan daarbij tot ernstige verbranding komen!
4.4 Na de behandeling
De verwachte effecten worden gecontroleerd.
De patiënt wordt gevraagd eventuele reacties die optreden duidelijk te omschrijven.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 8 of 27
Volg de instructies in de gebruikershandleiding.
Lees de veiligheidsinstructies en gebruiksinstructies aandachtig door en pas ze
toe.
5 Bedoeld gebruik
De Radarmed 950+ is een apparaat voor continu en pulserende microgolftherapie met een frequentie
van 2450 MHz (12 cm golven). De veilige doseringsmogelijkheid op basis van het warmtegevoel van
de patiënt is een groot voordeel van microgolftherapie. Microgolftherapie is eenvoudig toe te passen
dank zij de unipolaire applicatie. Met de drie verschillende stralers kunnen alle in de praktijk
benodigde applicaties worden uitgevoerd.
Dit apparaat is bedoeld voor gebruik door vakkundig personeel in de fysiotherapie, revalidatie en
aangrenzende gebieden.
5.1 Indicaties
De Radarmed 650+ en Radarmed 950+ zijn eenheden voor continue en pulserende microgolftherapie
met een frequentie van 2450 MHz (golflengte van 12 cm).
Het doel van microgolftherapie is het leveren van warmte binnen bepaalde volumes van het lichaam
om herstel te bevorderen en pijn te verlichten.
Bedoeld gebruik:
De Radarmed-apparaten kunnen worden gebruikt wanneer warmtetherapie is geïndiceerd voor de
behandeling van een patiënt.
Hieronder volgt een lijst met klachten waarvoor warmtebehandeling vaak wordt aangeraden:
Stijve spieren en gewrichten
Osteoartrose (van de knie)
Tendinitis van de supraspinatus
Chronische onderrugpijn
Oedeem bij patiënten met enkelletsel
Myofasciale triggerpunten
5.2 Contra-indicaties
Delen die zijn gecontra-indiceerd voor behandeling met Radarmed:
Ogen (wanneer blootstelling waarschijnlijk is, dient de patiënt een beschermbril te dragen)
Hersenen
Oren (het hoofd mag niet direct worden bestraald)
Voortplantingsorganen
Genitaliën
Groeischijven van ontwikkelende botten
Verdoofde delen of delen waarvan de huid weinig gevoel heeft
Vochtige of met vloeistof gevulde delen
Synovitis met gewrichtseffusie
Vochtig verband of klevende tape
Verband of kleding (moet van het te behandelen deel worden verwijderd)
Transpiratie (onderbreek de behandeling als transpiratie op de huid van de patiënt verschijnt)
Weefsel met beperkte bloedtoevoer
Recente of actieve bloeding
De buik of het bekken tijdens menstruatie
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 9 of 27
Metaal dat in contact staat met de huid (zorg ervoor dat horloges, gehoorapparaten, brillen,
riemgespen, sieraden, enzovoort worden verwijderd)
De behandeling is ook gecontra-indiceerd voor patiënten met:
Metaalhoudende voorwerpen:
o Metalen implantaten
o Diepe-hersenstimulators
o Ruggenmergstimulators
o Metaalhoudende, intra-uteriene apparaten (anticonceptiva)
o Pacemakers
o Metalen chirurgische clips
(Zorg er ook voor dat geïmplanteerde afleidingen van stimulators worden verwijderd, want deze
kunnen ernstig gevaar opleveren)
Kanker
Perifere vaatziekte
Bloedingsstoornissen
Verstoorde bloedstolling
Open wonden
Niet-genezen botbreuken
Ernstige hart-, lever- of nieraandoeningen
Ischemie, arteriosclerose, trombose en aanverwante aandoeningen
Actieve tuberculose
Acute ontsteking
Patiënten die niet in staat zijn de gegeven instructies te begrijpen of die niet kunnen voldoen
aan de eisen van de behandeling.
Gebruik microgolfdiathermie niet voor patiënten met borstimplantaten, omdat bij deze
patiënten melding is gemaakt van weefselnecrose, huidafbraak en uitdrijving van implantaten.
Zwangerschap is een contra-indicatie voor microgolftherapie.
Opmerking: Het vaakst voorkomende probleem bij kortegolfdiathermie is het ontstaan van
brandwonden, die door een aantal factoren kunnen worden veroorzaakt, waaronder:
Defecte apparaten
Onjuiste techniek
Onvoldoende toezicht op patiënt
Onjuiste positionering van de patiënt
6 Bestelgegevens
1435911 Radarmed 950+, Apparaat voor continue en gepulseerde microgolftherapie
1435751 Bedieningshandleiding Radarmed 950+
3444298 Netsnoer 230V-EUR
1409813 HF-kabel 250 Watt voor de Radarmed
3442039 Elektrodearm Radarmed
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 10 of 27
7 Installatie
7.1 Installatie van het apparaat
Zet het apparaat niet in de buurt van een warmtebron zoals een radiator.
Voorkom blootstelling aan direct zonlicht, veel stof, vocht, trillingen en stoten.
Het gebruik van elektronische apparatuur zoals een draadloze telefoon in de nabijheid van
het apparaat wordt afgeraden.
Het is niet toegestaan dit apparaat in zogeheten “natte ruimten” (hydrotherapieruimten) te
gebruiken.
Het apparaat moet zodanig opgesteld worden dat er geen vloeistof in terecht kan komen.
Gebruik altijd de door Enraf-Nonius voor dit apparaat voorgeschreven originele toebehoren.
De ventilatiesleuven van het apparaat mogen niet worden afgedekt.
Mocht er vloeistof in de behuizing terechtkomen, trek dan het netsnoer/netstekker (indien
aangesloten) uit de contactdoos. Laat het apparaat door een geautoriseerde deskundige controleren.
7.2 Aansluiten
De netaansluiting moet voldoen aan de plaatselijke eisen voor medisch gebruikte ruimten.
Controleer eerst of de netspanning en netfrequentie, vermeld op het typeplaatje overeenkomen
met die van het lichtnet.
Uit veiligheidsoverwegingen moeten de remmen op de wielen van het apparaat voor het begin
van de behandeling vastgezet worden.
7.3 Verplaatsen en transporteren
Bij het verplaatsen en transporteren van de Radarmed 950+ is het niet toegestaan het apparaat aan
de stralers of stralerarm te trekken, om kantelen van het apparaat te voorkomen.
7.4 Elektromagnetische interferentie
Bij gebruik in de onmiddellijke nabijheid (d.w.z. op 2 meter afstand of minder) van in gebruik
zijnde kortegolfapparatuur kan instabiliteit in het afgegeven signaal van de Radarmed
ontstaan.
Om beïnvloeding te vermijden mag kortegolf apparatuur noch in dezelfde, noch in ruimte
ernaast in de richting van het microgolfapparaat straling afgeven.
Om elektromagnetische beïnvloeding te voorkomen, adviseren wij de Radarmed en de
kortegolfapparatuur elk op een verschillende groep van het lichtnet aan te sluiten. Zorg ervoor
dat het netsnoer van het kortegolfapparaat niet in de nabijheid van de Radarmed of van de
patiënt komt.
Elektronische geluidsapparatuur (zoals b.v. radio's, intercoms, telefooninstallaties etc.) dienen,
in het geval dat er bij deze apparaten storing optreedt, afgeschermd te worden tegen
microgolven. Vaak helpt het al als de straler van richting wordt veranderd.
Bij blijvende storing, veroorzaakt door elektromagnetische interferentie, dient u contact op te nemen
met uw leverancier.
7.5 Aansluiten netsnoer
Sluit het bijgeleverde netsnoer aan op de netentree [13].
Sluit het netsnoer aan op een wandcontactdoos met randaarde.
7.6 Montage stralerarm
Schroef [1] gedeeltelijk indraaien.
Arm tegen kastwand plaatsen (aansluitpunt [10] links of rechts),
zodanig dat het sleufgat in schroef [1] valt.
Schroef [2] indraaien.
Beide schroeven met de meegeleverde inbussleutel aandraaien.
7.7 Bevestigen straler
Voor het bevestigen en losnemen van de straler moet de zwarte vergrendelknop (bovenop de straler-
arm) worden ingedrukt. Tijdens het bevestigen van de straler moet de vergrendeling hoorbaar
inklikken.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 11 of 27
7.8 Aansluiten HF-kabel
7.8.1 Aansluiting aan het apparaat
De HF-kabel wordt via aansluitpunt [12] op het apparaat aangesloten door middel van een
schroefdraad bevestiging.
De lengte van de HF-kabel is kritisch. Gebruik daarom uitsluitend de door Enraf-Nonius geleverde
kabel.
7.8.2 Aansluiting aan de straler
De HF-kabel wordt door middel van een snelkoppeling aan de straler bevestigd.
Stekkerverbinding vastmaken
Stekker opsteken en aandrukken
Controleer of de stekker vastzit
Stekkerverbinding losmaken
Ring terugtrekken
Stekker lostrekken
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 12 of 27
7.9 Aanschakelen en zelftest
Schakel het apparaat aan met de netschakelaar [8].
Bij het inschakelen voert het apparaat een zelftest uit.
Controleer of:
alle pixels in het LCD-scherm kortstondig oplichten;
aan het eind van de test een pieptoon hoorbaar is.
Neem contact op met uw leverancier indien dit niet het geval is.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 13 of 27
8 Bediening
8.1 Bedieningspaneel
[1] Programmatoets oproepen
Toets voor het oproepen van een apparaat instelling uit het geheugen.
[2] Programmatoets opslaan
Toets voor het opslaan van een apparaat instelling in het geheugen.
[3] Programmatoets protocollen
Toets voor het oproepen van een behandelsuggestie uit het protocol geheugen (ingedeeld in
clusters).
[4] Selectietoetsen display
Toetsen voor het verplaatsen van de cursor op het display.
[5] Stop toets
Toets om de behandeling voortijdig te beëindigen. Na bediening van deze toets loopt de behandeltijd
terug naar nul, klinkt een geluidssignaal en wordt het HF-vermogen uitgeschakeld.
[6] Terugtoets
Toets voor het ongedaan maken van een keuze en/of activeren van het vorige scherm bij
programma’s en protocol instellingen.
[7] Accepttoets
Toets voor het bevestigen van een keuze en/of activeren van het volgende scherm.
[8] Centrale regelaar
Regelaar voor het instellen van parameters.
[9] Therapievorm continu (C) of pulserende microgolf (P)
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 14 of 27
Na het inschakelen en na afloop van de behandeling schakelt het apparaat automatisch naar continu
bedrijf. Omschakelen van continu naar pulserend bedrijf en omgekeerd is ook tijdens de
behandelingmogelijk.
[10] Klok
Het display geeft de ingestelde c.q. resterende behandeltijd in minuten en seconden weer. Na het
verstrijken van de behandeltijd verschijnt een nul op het display, klinkt een geluidssignaal en wordt
het HF-vermogen uitgeschakeld. Het knipperend symbool [afbeelding :] in het display geeft aan dat
de klok loopt en de behandeling gestart is.
[11] Vermogen
Het display geeft het ingestelde vermogen weer. Het instellen van een vermogen is alleen mogelijk
indien een behandeltijd is ingesteld.
[12] Programmanummer/protocolnummer
Het nummer waaronder een bepaalde apparaat instelling is opgeslagen.
Een programmanummer uit het protocol geheugen wordt vooraf gegaan door een letter bijvoorbeeld
A1.
Een programmanr uit het “vrije” geheugen wordt vooraf gegaan door het symbool “#” bijvoorbeeld #1.
De Radarmed 950+ wordt met een leeg geheugen geleverd en dient door de gebruiker zelf ingevuld
te worden.
[13] Straler type
Het display geeft de voorgestelde straler type weer.
R = Rondveldstraler
L = Langveldstraler
M = Grootveldstraler (Mulden elektrode)
[14] Dosering
Het display geeft de voorgestelde dosering weer.
1 = Dosis submitis: Huidverhitting net onder de warmtegevoeligheidsgrens.
2 = Dosis mitis: Nog net voelbare warmtesensatie.
3 = Dosis normalis: Aangename, goed verdraaglijke warmtesensatie.
4 = Dosis fortis: Nog net verdraaglijke, bijna brandende warmtesensatie.
Voor nadere informatie met betrekking tot dosering verwijzen wij naar het boek “Behandeltabellen”
met referentienummer 1435.770.
[15] Instelling in Watt
Het display geeft de voorgestelde vermogens bereik weer in Watt (minimale en maximale waarde).
[16] Aan-/uit schakelaar
Met deze schakelaar wordt de Radarmed aan/uit geschakeld.
[17] Ventilatieopeningen
Deze openingen niet afdekken.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 15 of 27
[18] Aansluitpunten stralerarm
U kunt de arm naar keuze aan de linker of rechterkant van
het apparaat monteren (zie paragraaf 7.6 van deze
handleiding).
[19] Ophanghaak
Wanneer het apparaat buiten gebruik is kan het netsnoer
hieraan worden opgehangen.
[20] HF-aansluiting
Aansluitpunt voor de HF-kabel (zie paragraaf 7.8 van deze
handleiding).
[21] Aansluiting netsnoer
Apparaat aansluiten aan een wandcontactdoos met de op
het typeplaatje vermelde netspanning.
[22] Aansluiting potentiaalvereffeningskabel
Voor gebruik in ruimten waar een
potentiaalvereffeningskabel is voorgeschreven kan een
speciale potentiaalvereffeningskabel worden geleverd.
[23] Typeplaatje
Hierop vindt u alle gegevens van het apparaat zoals type-,
serie- en volgnummer (voor service, garantie e.d.) alsook
de aansluitgegevens zoals netspanning en opgenomen
stroom.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 16 of 27
8.2 Bediening
8.2.1 Instellen van de Radarmed 950+
Aanzetten
CMonteer de straler.
Sluit de HF-kabel aan op de straler.
Schakel het apparaat aan met de aan/uit schakelaar.
Bij het inschakelen voert het apparaat een zelftest uit.
Plaatsen van de straler
Richt de straler op het te behandelen oppervlak. Richt
de straler zo, dat andere delen van het lichaam
minimaal belast worden.
Informeer de patiënt.
Voor de stralers moet de volgende afstand tot het lichaam in
acht worden genomen:
Rondveldstraler ca. 10 cm.
Langveldstraler ca. 5 cm.
Grootveldstraler 1 cm.
Instellen van de behandel parameters
De cursor wordt door middel van de “selectietoetsen display”
van links naar rechts verplaatst. Een instelling wordt door middel
van de “centrale regelaar” gewijzigd
Stel de gewenste therapievorm in.
Stel een behandeltijd in.
Stel het vermogen in.
De behandeling start zodra het vermogen wordt ingesteld. De
behandeltijd loopt direct terug. Het knipperend symbool [:] in het
display geeft aan dat de klok loopt.
Bijstellen therapie
Omschakelen van continu naar pulserend en
omgekeerd is tijdens de behandeling mogelijk.
Het verhogen en verlagen van het vermogen is tijdens
de behandeling mogelijk..
De warmtegevoeligheid is bij elke patiënt verschillend en
stabiliseert zich pas na ongeveer vijf minuten. Het tussentijds
bijstellen van het vermogen is dus noodzakelijk.
Behandeling voortijdig beëindigen
Dit kan door bediening van de stop toets. De behandeling stopt
automatisch wanneer de behandeltijd verstreken is.
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 17 of 27
8.2.2 Maatregelen met betrekking tot behandelingen
Zie ook hoofdstuk 5 “Regels voor een microgolf behandeling” van deze handleiding.
Voor de behandeling
Controleer de patiënt op aanwezigheid van eventuele absolute en relatieve contra-indicaties.
Metaalhoudende kledingstukken en kledingstukken met metalen sluitingen moeten
uitgetrokken worden (zakken legen). Juwelen, horloges en metaalhoudende protheses dienen
afgedaan te worden.
Test de warmtesensibiliteit van het te behandelen gebied.
Tijdens de behandeling
De patient moet altijd in het zicht van de therapeut zijn
De patiënt wordt regelmatig naar zijn/haar bevindingen gevraagd. Vraag de patiënt om een
toenemende warmtesensatie te melden. Zonodig wordt de behandeling bijgestuurd.
Na de behandeling
De te verwachten effecten controleren.
De patiënt wordt gevraagd eventuele reacties een volgende keer mede te delen.
8.2.3 Bediening van het geheugen
De Radarmed 950+ biedt de mogelijkheid veel gebruikte instellingen in een geheugen op te slaan.
Voor het opslaan van een apparaat instelling zijn twee mogelijkheden beschikbaar:
1. Opslaan onder een programma nummer van 1 t/m 30.
2. Opslaan in het protocol geheugen ingedeeld in clusters.
De Radarmed 950+ wordt met een leeg geheugen geleverd en dient door de gebruiker zelf ingevuld
te worden. De cluster benaming en indicatie aanduidingen in het protocol geheugen kunnen door de
gebruiker niet gewijzigd worden.
Stel de gewenste therapievorm in.
Stel een behandeltijd in.
Na het instellen van de behandelparameters kan eventueel de
onderste regel van het display ingevuld worden. Deze regel kan als
advies regel gebruikt worden voor gegevens die voor de behandeling
belangrijk zijn. Deze informatie wordt ook opgeslagen.
Geef aan welk straler type gebruikt zou moeten worden.
Geef aan in welk gevoelsbereik de dosering ingesteld moet
worden (zie §6.2. item 14). Het is hierbij mogelijk om indien
van toepassing, twee waarden aan te geven.
Geef aan in welk vermogensbereik (in Watt) de dosering zich
vermoedelijk zal bevinden (minimale en maximale waarde).
Bedien “Programmatoets opslaan” [2]. Rechtsboven in het
scherm [12] knippert het programmanummer (bijvoorbeeld
#1).
NEDERLANDS
081-400-095-41_950+_NL Page 18 of 27
Selecteer met behulp van de “Centrale regelaar” [8] het
programmanummer waaronder u de behandelsuggestie wilt
opslaan. Het display geeft de apparaatinstellingen weer van
de reeds onder dat programmanummer opgeslagen
gegevens.
Bedien de “Accepttoets” [7].
In het display verschijnt de tekst Overschrijven ? Wijzig dit
met behulp van de “Centrale regelaar” [8] in “Ja” indien u met
de procedure wilt verder gaan of “Nee” indien u de procedure
wilt afbreken.
Bedien de “Accepttoets” [7] nogmaals. Twee korte beepjes
bevestigen dat de behandelsuggestie in het geheugen is
opgeslagen.
Opslaan in het protocol geheugen
Stel de gewenste therapievorm in.
Stel een behandeltijd in.
Na het instellen van de behandelparameters kan eventueel de
onderste regel van het display ingevuld worden. Deze regel kan als
advies regel gebruikt worden voor gegevens die voor de behandeling
belangrijk zijn. Deze informatie wordt ook opgeslagen.
Geef aan welk straler type gebruikt zou moeten worden.
Geef aan in welk gevoelsbereik de dosering ingesteld moet
worden (zie §6.2. item 14). Het is hierbij mogelijk om indien
van toepassing, twee waarden aan te geven.
Geef aan in welk vermogensbereik (in Watt) de dosering zich
vermoedelijk zal bevinden (minimale en maximale waarde).
Bedien “Programmatoets protocollen” [2]. Rechtsboven in
het scherm [12] knippert het programmanummer
(bijvoorbeeld #1).
Selecteer met behulp van de “Centrale regelaar” [8] in
welke cluster (A t/m E) u de behandelsuggestie wilt
opslaan.
Verplaats de cursor een positie naar rechts met behulp van
de “Selectietoetsen display” [4].
Selecteer met behulp van de “Centrale regelaar” [8] het
programmanummer waaronder u de behandelsuggestie wilt
opslaan. Het display geeft de apparaatinstellingen weer van
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75
  • Page 76 76
  • Page 77 77
  • Page 78 78
  • Page 79 79
  • Page 80 80
  • Page 81 81
  • Page 82 82
  • Page 83 83
  • Page 84 84
  • Page 85 85
  • Page 86 86
  • Page 87 87
  • Page 88 88
  • Page 89 89
  • Page 90 90
  • Page 91 91
  • Page 92 92
  • Page 93 93
  • Page 94 94
  • Page 95 95
  • Page 96 96
  • Page 97 97
  • Page 98 98
  • Page 99 99
  • Page 100 100
  • Page 101 101
  • Page 102 102
  • Page 103 103
  • Page 104 104
  • Page 105 105
  • Page 106 106
  • Page 107 107
  • Page 108 108
  • Page 109 109
  • Page 110 110
  • Page 111 111
  • Page 112 112
  • Page 113 113
  • Page 114 114
  • Page 115 115
  • Page 116 116
  • Page 117 117
  • Page 118 118
  • Page 119 119
  • Page 120 120
  • Page 121 121
  • Page 122 122
  • Page 123 123
  • Page 124 124
  • Page 125 125
  • Page 126 126
  • Page 127 127
  • Page 128 128
  • Page 129 129
  • Page 130 130
  • Page 131 131
  • Page 132 132
  • Page 133 133
  • Page 134 134
  • Page 135 135

Enraf-Nonius Radarmed 950+ Manuel utilisateur

Taper
Manuel utilisateur