Zanussi ZOB382X Manuel utilisateur

Taper
Manuel utilisateur
NL
Gebruiksaanwijzing 2
EN
User manual 23
FR
Notice d'utilisation 38
Integrert stekeovn
Built-in Oven
Four encastrable
ZOB 382
Inhoud
Belangrijke veiligheidsinformatie _ _ _ _ _ _ _ _ _ 2
Beschrijving van de oven _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 3
Bedieningsknoppen _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 4
Voor het eerste gebruik _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 5
Gebruik van de oven _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 5
Bak- en braadtabel _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 9
Reiniging en onderhoud _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 12
Problemen oplossen _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 15
Technische gegevens _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 15
Elektrische aansluitingen _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 16
Instructies voor de inbouw _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 17
Garantie/serviceafdeling _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 17
Europese Garantie _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 20
www.electrolux.com _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ _ 20
Wijzigingen voorbehouden
Belangrijke veiligheidsinformatie
Waarschuwing! Bewaar de bij dit apparaat
geleverde gebruiksaanwijzing zorgvuldig. Als het
apparaat aan derden wordt geschonken of verkocht, of als
u het apparaat bij verhuizing in de oude woning achterlaat,
is het belangrijk dat de nieuwe gebruiker over deze
gebruiksaanwijzing en de adviezen kan beschikken. Deze
aanwijzingen zijn bedoeld voor de veiligheid van de
gebruikers en hun huisgenoten. Lees ze dus aandachtig
door, voordat u het apparaat aansluit en/of in gebruik
neemt.
Installatie
De installatie en aansluiting moeten worden uitgevoerd
door een erkend installateur, met inachtneming van de
geldende voorschriften. De afzonderlijke installatiewerk-
zaamheden zijn beschreven in de instructies voor de in-
stallateur.
Laat de installatie en aansluiting uitvoeren door een vak-
man overeenkomstig de hem dankzij zijn vakkennis be-
kende richtlijnen.
Ook eventuele voor de installatie noodzakelijke wijzigin-
gen aan de elektriciteitsvoorziening moeten door een er-
kend installateur uitgevoerd worden.
Bediening
Deze oven is ontworpen voor de bereiding van levens-
middelen; gebruik hem nooit voor andere doeleinden.
Pas bij het openen van de deur (tijdens of aan het einde
van de bereiding) altijd op voor de hete luchtstroom die
uit de oven komt.
Wees extra voorzichtig tijdens het gebruik van de oven.
Door de grote hitte van de verwarmingselementen zijn de
roosters en andere onderdelen erg heet.
Indien u - om welke reden dan ook - aluminiumfolie in de
oven gebruikt, laat dit dan nooit in direct contact komen
met de bodem van de oven.
Ga bij het reinigen van de oven voorzichtig te werk: sproei
nooit vloeistof op het vetfilter (indien aanwezig), de ver-
warmingselementen en de thermostaatsensor.
Het is gevaarlijk veranderingen van welke aard ook aan te
brengen aan het apparaat of aan de kenmerken ervan.
Tijdens het bakken, braden en grillen worden de deur en
de overige onderdelen van het apparaat erg heet. Houd
kinderen daarom uit de buurt van het apparaat. Indien er
elektrische apparaten worden aangesloten op stopcon-
tacten in de buurt van de oven, let er dan op dat de aan-
sluitsnoeren niet in aanraking komen met hete opper-
vlakken of vastgeklemd raken tussen de ovendeur.
Gebruik altijd ovenwanten om hete vuurvaste schotels of
schalen uit de oven te halen.
Regelmatig reinigen voorkomt dat het oppervlaktemate-
riaal van de oven achteruitgaat.
Schakel voordat u de oven gaat reinigen de stroom uit of
haal de stekker uit het stopcontact.
Verzeker u ervan dat de oven in de stand UIT staat als hij
niet meer wordt gebruikt.
Deze oven is geschikt voor gebruik als afzonderlijk ap-
paraat of in combinatie met een elektrische kookplaat,
voor aansluiting aan enkelfase 230 V.
Het apparaat mag niet worden gereinigd met een stoom-
reiniger.
Gebruik geen schuurmiddelen of scherpe metalen schra-
pers. Deze kunnen krassen veroorzaken op de ruit van de
deur, waardoor het glas kan barsten.
Veiligheid van personen
Deze oven is bedoeld voor gebruik door volwassenen.
Laat kinderen niet bij of met de oven spelen.
Tijdens het gebruik wordt de oven heet. Houd kinderen
uit de buurt totdat de oven is afgekoeld.
Dit apparaat is niet bedoeld voor gebruik door kinderen
of andere personen met beperkte lichamelijke, zintuiglijke
2
of geestelijke vermogens of een gebrek aan ervaring en
kennis, tenzij dit plaatsvindt onder toezicht van een voor
hun veiligheid verantwoordelijke persoon of tenzij zij van
een dergelijke persoon instructies hebben ontvangen over
het gebruik van het apparaat.
Service
Laat deze oven uitsluitend repareren of onderhouden door
een erkende monteur en gebruik alleen originele, goed-
gekeurde onderdelen.
Milieu-informatie
Gooi, nadat de oven is geïnstalleerd, de verpakking weg
op een veilige en milieuvriendelijke wijze.
Wanneer een oud apparaat wordt afgedankt, moet het on-
bruikbaar worden gemaakt door het aansluitsnoer af te
snijden. Verwijder alle vergrendelingen van de deur, om
te voorkomen dat kinderen in de oven opgesloten kunnen
raken.
Bewaar de bij dit apparaat geleverde gebruiksaanwijzing
zorgvuldig. Als het apparaat aan derden wordt geschon-
ken of verkocht, of als u het apparaat bij verhuizing in de
oude woning achterlaat, is het belangrijk dat de nieuwe
gebruiker over deze gebruiksaanwijzing en de adviezen
kan beschikken.
Het symbool
op het product of op de verpakking wijst
erop dat dit product niet als huishoudafval mag worden
behandeld, maar moet worden afgegeven bij een verza-
melpunt waar elektrische en elektronische apparatuur
wordt gerecycled. Als u ervoor zorgt dat dit product op de
juiste manier wordt verwijderd, voorkomt u mogelijke ne-
gatieve gevolgen voor mens en milieu die zich zouden
kunnen voordoen in geval van verkeerde afvalverwerking.
Voor gedetailleerdere informatie over het recyclen van dit
product, kunt u contact opnemen met de gemeente, de
gemeentereiniging of de winkel waar u het product hebt
gekocht.
Beschrijving van de oven
4523
9
1
6
7
8
3
1 Bedieningspaneel
2 Functieknop
3 Indicatielampje Kookzone aan
4 Controlelampje thermostaat
5 Thermostaatknop
6 Rooster
7 Ovenlampje
8 Ovenventilator
9 Typeplaatje
Bedieningsknoppen
Functieknop van de oven
Ovenfunctie Toepassing
0 UIT-stand De oven staat uit.
Ovenlampje Het ovenlampje brandt ook als er geen bereiding plaatsvindt.
Boven- en onder-
warmte
De warmte komt van zowel het bovenste als het onderste verwarmingselement, zodat
er in de gehele ovenruimte een gelijkmatige temperatuur heerst.
Bovenste verwar-
mingselement
De warmte komt alleen van de bovenkant van de oven.
Onderste verwar-
mingselement
De warmte komt alleen van de onderkant van de oven.
Alleen kleine grill Kan worden gebruikt voor het grillen van kleine hoeveelheden
Grote grill Het gehele grillelement wordt ingeschakeld. Aanbevolen voor grote hoeveelheden.
Hetelucht
Hiermee kunt u braden of tegelijkertijd braden en bakken op verschillende niveaus,
zonder smaakoverdracht.
Ontdooien Deze instelling is geschikt voor het ontdooien van bevroren levensmiddelen.
Indicatielampje Kookzone aan
Dit indicatielampje gaat branden zodra de functieknop
wordt ingesteld.
Thermostaatknop
4
Draai de thermostaatknop naar rechts om een temperatuur
tussen 50°C en 250°C te selecteren.
Controlelampje thermostaat
Het controlelampje van de thermostaat gaat branden als
er aan de thermostaatknop wordt gedraaid. Het lampje
blijft branden totdat de juiste temperatuur is bereikt.
Daarna gaat het aan en uit, om aan te geven dat de tem-
peratuur wordt gehandhaafd.
Veiligheidsthermostaat
Om te voorkomen dat de oven oververhit raakt (door on-
juist gebruik van het apparaat of vanwege defecte onder-
delen), is de oven voorzien van een veiligheidsthermo-
staat die indien nodig de stroomtoevoer onderbreekt. Zo-
dra de temperatuur is gedaald, wordt de oven automatisch
weer ingeschakeld.
Als de veiligheidsthermostaat is geactiveerd vanwege on-
juist gebruik van het apparaat, hoeft u (nadat de oven is
afgekoeld) alleen de fout te verhelpen. Is de thermostaat
daarentegen geactiveerd vanwege een defect onderdeel,
neem dan contact op met onze service-afdeling.
Koelventilator
De oven is voorzien van een koelventilator die het voor-
paneel, de knoppen en de handgreep van de ovendeur
koel houdt. De ventilator start automatisch zodra de oven
wordt ingeschakeld en voert de warme lucht naar buiten
via de opening bij de handgreep van de ovendeur. De
ventilator wordt uitgeschakeld zodra de functieknop in de
UIT-stand "0" wordt gezet.
Voor het eerste gebruik
Verwijder al het verpakkingsmateriaal, zowel van de
buitenkant als de binnenkant van de oven, voordat
u de oven in gebruik neemt.
Waarschuwing! Pak, om de deur te openen, altijd
de handgreep in het midden vast.
Wanneer u de oven voor de eerste keer gaat gebruiken,
moet deze eerst eenmaal leeg worden verwarmd.
Gedurende deze tijd kan er een onaangenaam luchtje ont-
staan. Dit is helemaal normaal. Het wordt veroorzaakt
door fabricageresten.
Zorg ervoor dat de ruimte goed geventileerd is.
1. Draai de functieknop op bereiding met hetelucht
2. Draai de thermostaatknop naar 250°C.
3. Open een raam voor de ventilatie.
4. Laat de oven nu ongeveer 45 minuten leeg werken.
Voer deze procedure nogmaals uit met de grote grillfunc-
tie
gedurende ongeveer 5-10 minuten
Laat de oven daarna afkoelen. Maak een doek voch-
tig met warm water en wat mild reinigingsmiddel en
reinig daarmee de binnenkant van de oven.
Maak, voordat u de oven voor het eerst gebruikt,
ook alle accessoires zorgvuldig schoon.
Gebruik van de oven
De oven is voorzien van een exclusief systeem dat zorgt
voor een natuurlijke luchtcirculatie en een constante re-
circulatie van stoom.
Dankzij dit systeem is het mogelijk om voedsel te bereiden
in een stoom bevattende atmosfeer en worden de gerech-
ten zacht van binnen en knapperig van buiten. Bovendien
worden de bereidingstijd en het energieverbruik tot een
minimum beperkt. Tijdens de bereiding kan er stoom
ontstaan, die vrijkomt zodra u de ovendeur opent. Dit is
volkomen normaal.
Waarschuwing! Doe echter altijd een stap van de
oven vandaan als u de ovendeur opent, zodat
eventuele stoom of hitte naar buiten kan komen.
5
Tijdens het verhitten van gerechten ontstaat er
stoom, net als in een ketel. Wanneer de stoom in
aanraking komt met de glazen deur van de oven, wordt er
condens gevormd en ontstaan er waterdruppels.
Warm de lege oven altijd 10 minuten voor, om condens-
vorming te beperken.
Wij adviseren u na elke bereiding de waterdruppels weg
te vegen.
Waarschuwing! Houd tijdens de bereiding de
ovendeur altijd gesloten. Doe een stap naar achteren
bij het openen van een drop-down ovendeur. Laat de deur
niet openvallen maar gebruik handgreep om de deur te
ondersteunen totdat deze helemaal openstaat.
Waarschuwing! Let op! - Plaats tijdens de bereiding
geen voorwerpen op de bodem van de oven en dek
geen onderdelen van de oven af met aluminiumfolie. Dit
kan oververhitting veroorzaken, wat de bakresultaten
beïnvloedt en het email van de oven kan beschadigen. Zet
(hittebestendige) pannen en aluminium bakplaten altijd
op het rooster dat in de geleiders is geschoven.
De oven heeft vier inzetniveaus.
Deze inzetniveaus worden geteld vanaf de bodem
van de oven (zie afbeelding).
Het is belangrijk dat deze roosters correct geplaatst zijn,
zoals aangegeven in de afbeelding.
Plaats kookgerei nooit direct op de bodem van de oven.
Mechanisch kinderslot
Ga als volgt te werk om het kinderdeurslot te monteren:
AB
1
Open de deur van de oven in plaats de bovenste
bocht van het deurslot ( A ) op de sleuf net onder het
bedieningspaneel van de oven aan de rechterkant ( B ).
Monteer het slot met een kruiskopschroevendraaier.
C
2
Om de deur van de oven te openen als het kinderslot
geplaatst is, trekt u de handgreep van het kinderslot
omhoog ( C ).
Let op! De handgreep van het kinderslot moet
horizontaal worden gehouden tijdens het monteren
om het kinderslot goed te laten werken.
Hetelucht
De lucht in de oven wordt verwarmd door het element rond
de ventilator, die zich achter het achterpaneel bevindt. De
ventilator zorgt ervoor dat de hetelucht in de oven circu-
leert, waardoor de temperatuur in de oven gelijkmatig
blijft.
Voordelen van bereiden met de heteluchtfunctie:
Sneller voorverwarmen
Doordat de heteluchtoven snel op temperatuur komt,
is het over het algemeen niet nodig om de oven voor
te verwarmen. Wellicht heeft u echter toch 5-7 minuten
extra bereidingsduur nodig. Voor recepten die hogere
temperaturen vereisen, zoals brood, pasteien, scones
of soufflés, verkrijgt u de beste resultaten als de oven
eerst wordt voorverwarmd.
6
Lagere temperaturen
Bereiding met hete lucht vereist over het algemeen la-
gere temperaturen dan bereiding met boven- en on-
derwarmte. Houd de aanbevolen temperaturen in de
bak- en braadtabel aan. Verminder bij uw eigen re-
cepten de temperatuur met ongeveer 20-25°C (indien
deze recepten zijn berekend voor gebruik met boven-
en onderwarmte).
Gelijkmatige warmteverdeling bij bakken
De oven met ventilator biedt een gelijkmatige verwar-
ming op alle steunhoogtes. Dit betekent dat er in de
oven meerdere van dezelfde baksels tegelijk kunnen
worden bereid. De baksels op het bovenste niveau
kunnen echter iets bruiner worden dan die op het on-
derste niveau. Dit is normaal. Er vindt geen smaak-
overdracht plaats tussen de gerechten.
De inzetniveaus hoeven niet exact te worden aange-
houden, maar zorg er wel voor dat de roosters gelijk-
matig zijn verdeeld.
Indien u meerdere gerechten in de heteluchtoven be-
reidt, zet dan elk gerecht midden op een afzonderlijk
rooster in plaats van meerdere gerechten op één roos-
ter.
Wanneer de oven volledig gevuld is, moet de berei-
dingstijd mogelijk wat worden verlengd.
Wanneer de oven volledig gevuld is met één type ge-
rechten (bijvoorbeeld bakplaten met een gelijke hoe-
veelheid kleine cakejes of grotere taarten van gelijke
omvang), vereisen deze gerechten dezelfde berei-
dingstijd en kunnen ze tegelijk uit de oven worden ge-
haald. Wordt de oven daarentegen gebruikt voor de
bereiding van bakplaten met verschillende hoeveelhe-
den of typen gerechten (bijvoorbeeld koekjes en ca-
kes), dan zijn deze gerechten mogelijk niet tegelijk
klaar.
De heteluchtfunctie kan worden gebruikt om gerechten
(zoals vruchtentaarten, pasteitjes, saucijzenbroodjes
en andere kleinere deeggerechten) direct te bereiden,
zonder dat deze eerst ontdooid hoeven te worden. Houd
een temperatuur aan van 190-200°C, gedurende
20-40 minuten (afhankelijk van de hoeveelheid voed-
sel).
Te hoge temperaturen kunnen ertoe leiden dat de ge-
rechten ongelijkmatig bruineren. Houd in principe de
aanbevolen temperaturen in de bereidingstabellen aan,
maar pas indien nodig de temperatuur aan. Verminder
bij uw eigen recepten de temperatuur met ongeveer
20-25°C (indien deze recepten zijn berekend voor ge-
bruik met boven- en onderwarmte).
Gebruik bij het braden van gerechten het rooster in de
braadslede. Op deze manier kunnen vet en vleessappen
in de braadslede worden opgevangen en worden ge-
bruikt om jus te maken. Tevens voorkomt het rooster
dat er vet tegen de binnenkant van de oven spat.
Plaats de braadslede nooit op een warme kookplaat,
anders kan het email barsten.
Grillen -
De meeste gerechten kunnen het beste op het rooster
in de grillpan worden geplaatst. Hierdoor wordt een
maximale luchtcirculatie gerealiseerd en bevindt het
voedsel zich niet in maar boven het vet en de vlees-
sappen. Indien gewenst kunnen gerechten zoals vis,
lever en niertjes direct op de grillpan worden geplaatst.
Droog het voedsel vóór het grillen goed af, zodat het
niet gaat spatten. Strijk mager vlees en vis licht in met
een beetje olie of gesmolten boter, zodat de gerechten
tijdens de bereiding mals blijven.
Overige ingrediënten, zoals tomaten en champignons,
kunnen tijdens het grillen van vlees onder de grill wor-
den geplaatst
Voor het roosteren van brood raden wij u aan het bo-
venste inzetniveau te gebruiken.
Indien nodig moet het voedsel tijdens de bereiding
worden omgedraaid.
Gebruik van de kleine grill
De kleine grill zorgt voor snelle, directe hitte in het mid-
delste gedeelte van de grillpan. Door de kleine grill te
gebruiken voor de bereiding van kleinere hoeveelheden
kunt u energie besparen.
1.
Zet de functieknop van de oven op stand
2. Draai de thermostaatknop op de gewenste tempera-
tuur.
3. Stem het niveau van het rooster en de grillpan af op
de dikte van het voedsel en volg de instructies voor
het grillen.
Het grillelement wordt geregeld door de thermostaat. Tij-
dens de bereiding gaat de grill aan en uit, om oververhit-
ting te voorkomen.
Gebruik van de grote grill
1.
Zet de functieknop van de oven op stand
2. Draai de thermostaatknop op de gewenste tempera-
tuur.
7
3. Stem het niveau van het rooster en de grillpan af op
de dikte van het voedsel. Plaats het voedsel dicht bij
het element als u het snel wilt bereiden en iets verder
weg voor een behoedzamer bereiding.
Verwarm de grill een paar minuten voor op de hoogste
stand, voordat u vlees gaat dichtschroeien of toast gaat
maken. Pas indien nodig de warmte-instelling en de stand
van het rooster tijdens het bereiden aan.
Tijdens het bereiden kunnen de koelventilator en het con-
trolelampje van de thermostaat worden bediend op de
wijze zoals beschreven voor de heteluchtfunctie.
Alleen onderwarmte
Deze functie is uitermate geschikt voor het blind bakken
van taartbodems. Tevens kan deze functie worden ge-
bruikt om ervoor te zorgen dat het basisdeeg van quiches
of hartige taarten gaar is.
Het controlelampje van de thermostaat blijft bran-
den tot de juiste temperatuur is bereikt. Daarna gaat
het knipperen om aan te geven dat de temperatuur in stand
wordt gehouden.
Alleen bovenwarmte
Deze functie is geschikt voor het afmaken van gerechten,
zoals lasagne, ovenschotels of gegratineerde bloemkool.
Boven- en onderwarmte
De warmte wordt het beste verdeeld bij gebruik van het
middelste niveau. Om het baksel een bruinere onderkant
te geven, zet u het op een lagere steunhoogte. Wanneer u
wilt dat uw baksel een bruinere bovenkant krijgt, moet u
het op een hoger niveau in de oven zetten.
Het materiaal en de afwerking van de bakplaten en schalen
is van invloed op de mate waarin het voedsel een bruin
korstje krijgt. Emaillegoed, donkere of zware bakvormen
en materiaal met een antiaanbaklaag zorgen voor een be-
tere bruinering. Glazen ovenschalen en bakplaten van
glanzend aluminium of staal reflecteren de warmte en
verminderen de bruinering.
Zet gerechten altijd in het midden van het rooster, om een
gelijkmatige bruining te garanderen.
Plaats schalen op een bakplaat van de juiste afmeting, om
te voorkomen dat er voedsel op de bodem van de oven
wordt gemorst en ervoor te zorgen dat de oven gemak-
kelijker kan worden gereinigd.
Plaats schalen, blikken of bakplaten niet direct op de bo-
dem van de oven, deze wordt erg heet en kan beschadigd
raken. Als u deze instelling gebruikt komt de warmte van
zowel het bovenste als het onderste element. Hiermee kunt
u op een enkel niveau gerechten bereiden, dit is met name
geschikt voor gerechten die extra bruinering vergen, zoals
quiches en vlaaien
Gratins, lasagnes en ovenschotels die ook wat extra brui-
ning nodig hebben kunnen ook heel goed bereid worden
in de conventionele oven.
Gebruik van de conventionele oven.
1. Zet de functieknop van de oven op de gewenste be-
reidingsfunctie
.
2. Zet de thermostaatknop op de gewenste temperatuur.
Ontdooien
De ventilator loopt zonder warmte en laat de lucht bij ka-
mertemperatuur in de binnenruimte van de oven circule-
ren. Hierdoor wordt het voedsel sneller ontdooid. Houd
er echter rekening mee dat de temperatuur in de keuken
van invloed is op de snelheid van het ontdooien.
Deze functie is bijzonder geschikt voor het ontdooien van
kwetsbare gerechten, die door opwarmen beschadigd
zouden raken (bijvoorbeeld taarten met crèmevulling, ijs-
taarten, gebak, brood en andere gerechten van gistdeeg).
1.
Zet de functieknop van de oven op stand
2. Zorg ervoor dat de thermostaatknop van de oven op
de stand UIT staat.
Nuttige tips
Bereid voedsel op dezelfde manier als bij normaal gril-
len. Strijk mager vlees en vis licht in met een beetje
olie of boter, zodat de gerechten tijdens de bereiding
mals blijven.
Bedek de gerechten met een deksel of aluminium- of
plasticfolie, om te voorkomen dat het voedsel tijdens
het ontdooien uitdroogt.
ZORG ERVOOR DAT DE GERECHTEN DIRECT NA HET
ONTDOOIEN GOED WORDEN GEGAARD.
Plaats bevroren voedsel zo mogelijk op een enkele laag
en draai het halverwege het ontdooiproces om.
Alleen stukken vlees en gevogelte van maximaal 2 kg
kunnen op deze wijze worden ontdooid.
Bakken:
Taart en gebak vereisen gewoonlijk een gematigde tem-
peratuur (150°C-200°C). Daarom is het nodig om de
oven ongeveer 10 minuten voor te verwarmen.
Doe de ovendeur niet open voordat driekwart van de bak-
tijd is verstreken.
Bak kruimeldeeg in een springvorm of op een bakblik tot
tweederde van de baktijd. Vervolgens kunt u het garneren
en afbakken. De verdere baktijd hangt af van de soort en
8
hoeveelheid garnering of vulling. Biscuitdeeg moet moei-
lijk van de lepel lopen. Door te vloeibaar deeg zou de
baktijd onnodig langer duren.
Als er twee bakblikken met gebak tegelijkertijd in de oven
worden geplaatst, moet er tussen de blikken één niveau
worden vrijgelaten.
Als er twee bakblikken met gebak tegelijkertijd in de oven
worden geplaatst, moeten deze na ongeveer tweederde
van de baktijd worden omgewisseld en omgedraaid.
Braden:
Neem geen braadstukken die minder wegen dan 1 kg.
Kleinere stukken kunnen tijdens het braden uitdrogen.
Donker vlees, dat van buiten goed gebraden maar van
binnen roze tot rood moet blijven, moet bij een hogere
temperatuur (200°C-250°C) worden gebraden.
Licht vlees, gevogelte en vis hebben daarentegen een la-
gere temperatuur (150°C-175°C) nodig. Doe bij een korte
bereidingstijd de ingrediënten voor de saus of jus direct
aan het begin in de braadslede. In andere gevallen worden
ze het laatste halfuur toegevoegd.
U kunt controleren of het vlees gaar is met behulp van een
lepel: als het vlees niet kan worden ingedrukt, is het gaar.
Rosbief en ossenhaas, die van binnen roze moeten blij-
ven, moeten op een hogere temperatuur en in kortere tijd
worden gebraden.
Bij het bereiden van vlees direct op het rooster, dient u de
braadslede in het onderliggende inzetniveau te schuiven
om de vleessappen op te vangen. Laat het braadstuk min-
stens 15 minuten staan, zodat het vleesvocht niet kan
weglopen.
Om rookvorming in de oven te beperken, kunt u een beetje
water in de braadslede gieten. Om condensvorming te
voorkomen, kunt u verschillende malen water toevoegen.
De gerechten kunnen bij een minimale temperatuur in de
oven worden warmgehouden, totdat ze worden geser-
veerd.
Let op! Bekleed de oven nooit met aluminiumfolie
en plaats geen braadpan of bakblik op de bodem
van de oven, anders kan het emaille van de oven door de
opgebouwde hitte beschadigd raken.
Bereidingstijden
De bereidingstijden kunnen verschillen al naar gelang de
samenstelling, ingrediënten en hoeveelheid vocht in de
afzonderlijke gerechten.
Noteer de instellingen van uw eerste bereidingsexperi-
menten, om ervaring op te doen als u deze gerechten later
nog eens wilt bereiden.
U kunt de aangegeven waarden in de tabellen aanpassen
op basis van uw eigen ervaringen.
Bak- en braadtabel
Heteluchtfunctie en boven- en onderwarmte -
Waarschuwing! De bereidingstijden in de tabel zijn
exclusief voorverwarmen. Aanbevolen wordt om de
oven ongeveer 10 minuten voor de bereiding voor te
verwarmen.
Taart
Gerecht Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd (minuten) Opmerkingen
temp. °C temp. °C
Schuimtaart 2 170 2 (1 en 3)
1)
160 45-60 In cakevorm
Zandtaart-
deeg
2 170 2 (1 en 3)
1)
160 20-30 In cakevorm
Karnemelk
kwarktaart
1 175 2 165 60-80 In cakevorm
9
Gerecht Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd (minuten) Opmerkingen
temp. °C temp. °C
Appelgebak
(appeltaart)
1 170 2 160 90-120 In cakevorm
Strudel 2 180 2 160 60-80 Op bakplaat
Confituurtaart 2 190 2 180 40-45 In cakevorm
Fruitcake 2 170 2 150 60-70 In cakevorm
Biscuitgebak 1 170 2 (1 en 3)
1)
165 30-40 In cakevorm
Kerstcake 1 150 2 150 120-150 In cakevorm
Pruimentaart 1 175 2 160 50-60 In broodvorm
Kleine cake 3 170 2 (1 en 3)
1)
160 20-35 Op bakplaat
Koekjes 2 160 2 (1 en 3)
1)
150 20-30 Op bakplaat
Schuimpjes 2 135 2 (1 en 3)
1)
150 60-90 Op bakplaat
Broodjes 2 200 2 (1 en 3)
1)
190 12-20 Op bakplaat
Gebak: Soes-
jes
2 of 3 210 2 (1 en 3)
1)
170 25-35 Op bakplaat
Taartjes 2 180 2 170 45-70 In cakevorm
1) Als u gelijktijdig meer dan een gerecht wilt bereiden, adviseren wij u deze op de tussen haakjes aangegeven inzetniveaus te plaatsen.
Brood en pizza
Gerecht Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd (minuten) Opmerkingen
temp. °C temp. °C
Wit brood 1 195 2 185 60-70
Roggebrood 1 190 1 180 30-45 In broodvorm
Broodjes 2 200 2 175 25-40 Op bakplaat
Pizza 2 200 2 (1 en 3)
1)
200 20-30 Op bakplaat
1) Als u gelijktijdig meer dan een gerecht wilt bereiden, adviseren wij u deze op de tussen haakjes aangegeven inzetniveaus te plaatsen.
10
Ovenschotels
Gerecht Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd (minuten) Opmerkingen
temp. °C temp. °C
Pastaschotel 2 200 2 (1 en 3)
1)
175 40-50 In vorm
Groenteflan 2 200 2 (1 en 3)
1)
175 45-60 In vorm
Quiches 1 210 1 190 35-45 In vorm
Lasagne 2 200 2 200 25-35 In vorm
Cannelloni 2 200 2 200 25-35 In vorm
1) Als u gelijktijdig meer dan een gerecht wilt bereiden, adviseren wij u deze op de tussen haakjes aangegeven inzetniveaus te plaatsen.
Vlees
Gerecht Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd (minuten) Opmerkingen
temp. °C temp. °C
Rundvlees 2 190 2 175 50-70 Op rooster
Varkensvlees 2 180 2 175 100-130 Op rooster
Kalfsvlees 2 190 2 175 90-120 Op rooster
Rosbief - rood 2 210 2 200 50-60 Op rooster
Rosbief - me-
dium
2 210 2 200 60-70 Op rooster
Rosbief -
doorbakken
2 210 2 200 70-80 Op rooster
Varkens-
schouder
2 180 2 170 120-150 Met zwoerd
Varkens-
schenkel
2 180 2 160 100-120 2 stuks
Lamsvlees 2 190 2 175 110-130 Bout
Kip 2 190 2 200 70-85 Hele
Kalkoen 2 180 2 160 210-240 Hele
Eend 2 175 2 175 120-150 Hele
Gans 2 175 2 160 150-200 Hele
Konijn 2 190 2 175 60-80 In stukken
Haas 2 190 2 175 150-200 In stukken
Fazant 2 190 2 175 90-120 Hele
11
Gerecht Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd (minuten) Opmerkingen
temp. °C temp. °C
Gehaktbrood 2 180 2 170 tot. 150 In broodvorm
Vis
Gerecht Boven- en onderwarmte Hetelucht Bereidingstijd (minuten) Opmerkingen
temp. °C temp. °C
Forel/zeebra-
sem
2 190 2 (1 en 3)
1)
175 40-55 3-4 vissen
Tonijn/zalm 2 190 2 (1 en 3) 175 35-60 4-6 filets
1) Als u gelijktijdig meer dan een gerecht wilt bereiden, adviseren wij u deze op de tussen haakjes aangegeven inzetniveaus te plaatsen.
Grillen -
De bereidingstijden in de tabel zijn exclusief voor-
verwarmen. Aanbevolen wordt om de oven onge-
veer 10 minuten voor de bereiding voor te verwarmen.
GERECHT Hoeveelheid Grillen Bereidingstijd (minuten)
Stuks g. temp. °C 1e kant 2e kant
Tournedos 4 800 3 250 12~15 12~14
Biefstukken 4 600 3 250 10~12 6~8
Worstjes 8 / 3 250 12~15 10~12
Varkenskarbonades 4 600 3 250 12~16 12~14
Kip (in twee helften) 2 1000 3 250 30~35 25~30
Spiezen 4 / 3 250 10~15 10~12
Kip (borst) 4 400 3 250 12~15 12~14
Hamburger
1)
6 600 2 250 20-30
Vis (filets) 4 400 3 250 12~14 10~12
Broodjes 4~6 / 3 250 5~7 /
Geroosterd brood 4~6 / 3 250 2~4 2~3
1) Voorverwarmen 5'00''
Reiniging en onderhoud
Waarschuwing! Laat de oven afkoelen met behulp
van de koelventilator en haal dan de stekker uit het
stopcontact.
12
Dit apparaat mag niet worden gereinigd met stoom of met
een stoomreiniger.
Zorg ervoor dat de oven altijd schoon is. Vet- of
voedselresten in de oven kunnen brand veroorzaken (met
name in de grillpan).
Let op: Voordat u de oven gaat reinigen, moet de stekker
van het apparaat uit het stopcontact worden gehaald.
Buitenkant reinigen
Neem het bedieningspaneel, de ovendeur en de afdichting
regelmatig af met een zachte, goed uitgewrongen doek
met warm water en wat vloeibaar reinigingsmiddel.
Om beschadigen of verzwakken van de glasplaten van de
deur te voorkomen, moet u het gebruik van de volgende
producten vermijden:
Was- en bleekmiddelen
Geïmpregneerde sponsjes die niet geschikt zijn voor
pannen met antiaanbaklaag
Brillo- of staalwolsponsjes
Chemische ovensponsjes of spuitbussen
Roestverwijderaars
Vlekkenverwijderaars voor bad en gootsteen
Reinig het venster aan de binnen- en buitenkant met een
warm sopje. Mocht het binnenvenster van de deur erg
verontreinigd zijn, dan is het gebruik van een speciaal
reinigingsmiddel aan te bevelen. Gebruik geen verfkrab-
ber om aangekoekt vuil te verwijderen.
Reinigingsmiddelen
Controleer voordat u een reinigingsmiddel gaat gebruiken
altijd of dit geschikt is voor uw oven en of de toepassing
door de fabrikant wordt aanbevolen.
Reinigingsmiddelen met bleekmiddel mogen NIET wor-
den gebruikt, aangezien deze de toplaag van de opper-
vlakken dof kunnen maken. Gebruik geen agressieve
schuurmiddelen.
Binnenkant
De emaillen bodem van de oven kunt u het beste reinigen
terwijl de oven nog warm is. Veeg de oven na elk gebruik
schoon met een zachte doek gedrenkt in warm water met
een afwasmiddel. Af en toe moet de oven grondiger wor-
den gereinigd. Gebruik daarvoor een in de handel ver-
krijgbare ovenreiniger.
Reinig NOOIT de katalytische wanden.
Ovenrekken en geleiders
Voor het schoonmaken van de zijwanden kunnen de ge-
leiderails aan de linker- en rechterzijde van de oven wor-
den verwijderd.
Inschuifrails uitnemen
1
Trek de rails bij de
voorkant uit de ovenwand.
1
2
2
Maak de rails vervol-
gens aan de achterkant
los.
Monteren van de geleiderails
1
2
Bij het terugplaatsen de rails eerst achter inhaken, dan
aan de voorkant op de juiste positie brengen en vervol-
gens de rails op hun plaats drukken. Reinig de geleiderails
met warm zeepsop en verwijder hardnekkige vlekken met
een goed vochtig gemaakt sponsje met zeep. Goed af-
spoelen en met een zachte doek afdrogen.
De ovendeur reinigen
Voordat u de ovendeur gaat reinigen, raden wij u aan deze
los te maken van de oven.
13
1
Zet de deur van de
oven helemaal open en
zoek de plaats van de twee
scharnieren waarmee de
deur is bevestigd aan de
oven.
2
Maak de kleine hen-
dels op de twee scharnie-
ren los en draai ze.
3
Pak de deur aan beide
kanten vast, draai deze
vervolgens langzaam naar
de oven toe totdat hij half
dicht is. Trek de deur voor-
zichtig los en leg hem op
een stevige ondergrond.
Reinig het glas van de deur uitsluitend met warm zeepsop
en een zachte doek. Gebruik nooit agressieve schuur-
middelen. Plaats na het reinigen de ovendeur weer terug
(volg hiervoor de procedure in omgekeerde volgorde).
Apparaten van roestvrij staal of aluminium:
Wij adviseren u de ovendeur uitsluitend te reinigen met
een natte spons en hem daarna af te drogen met een zachte
doek.
Gebruik nooit staalwol, zuren of bijtende producten, deze
kunnen het ovenoppervlak beschadigen. Maak het bedie-
ningspaneel van de oven net zo voorzichtig schoon.
Waarschuwing! Reinig de ovendeur NIET wanneer
de glasplaten warm zijn. Als deze
voorzorgsmaatregel niet wordt nageleefd, kan de
glasplaat barsten.
Als de glasplaat van de deur gebarsten is of diepe krassen
heeft, wordt het glas minder sterk en moet het worden
vervangen om te voorkomen dat het breekt. Neem contact
op met uw plaatselijke Klantenservice, die u graag advies
zal geven.
Nuttige tips
Handmatig reinigen van de katalytische wanden wordt
afgeraden. Als u met zeep geïmpregneerde staalwol-
sponsjes, spuitbussen en andere schuurmiddelen ge-
bruikt, kunnen deze wanden beschadigd raken.
Na verloop van tijd kan het katalytische oppervlak licht
verkleuren of glimmen. Dit heeft geen invloed op de
katalytische eigenschappen.
Volg de aanbevelingen op onder "Aangekoekt vuil tij-
dens de bereiding beperken".
Aangekoekt vuil tijdens de bereiding beperken
Houd u aan de aanbevolen temperaturen. Hogere tempe-
raturen tijdens het braden zorgen ervoor dat er meer vuil
aankoekt. Probeer het vlees eens bij een lagere tempera-
tuur (wel wat langer) te bereiden. Hierdoor bespaart u
energie en blijft het vlees bovendien malser.
Gebruik geen of heel weinig olie of vet voor het braden
van vlees. Aardappelen hoeven alleen voor het bereiden
met vet te worden bestreken. Extra vet in de oven tijdens
het braden veroorzaakt spatten en aangekoekte resten. Het
is NIET nodig om tijdens het braden water aan de braad-
slede toe te voegen. Door het water en het vet uit het vlees
gaat het gerecht tijdens de bereiding meer spatten (ook
bij normale temperaturen) en ontstaat er condensvor-
ming.
Als u het vlees afdekt tijdens de bereiding, voorkomt u dat
het ovenoppervlak vuil wordt. Verwijder indien gewenst
de afdekking de laatste 20-30 minuten, zodat het gerecht
extra kan bruineren. Deze bereidingsmethode is met name
geschikt voor bepaalde grotere braadstukken en kalkoen,
omdat het vlees gaar kan worden voordat de buitenkant
te bruin is.
Gebruik de braadslede. Tijdens het braden wordt het vet
van het braadstuk onder het rooster opgevangen, zodat
het niet tegen de katalytische wand kan spatten.
Ovenlampje vervangen
Haal de stekker uit het stopcontact.
Als het ovenlampje moet worden vervangen, moet het
nieuwe lampje voldoen aan de volgende eisen:
Vermogen: 15 W/25 W
Voltage: 230 V (50 Hz)
Hittebestendig tot 300 °C
Soort aansluiting: E14.
Deze lampjes zijn verkrijgbaar bij onze service-afdeling.
14
Het defecte lampje vervangen: 1. Zorg ervoor dat de stekker uit het stopcontact is ge-
haald.
2. Druk het glazen dekseltje in en draai het naar links.
3. Verwijder het kapotte lampje en vervang het door een
nieuwe.
4. Plaats het glazen dekseltje terug en steek de stekker
weer in het stopcontact.
Problemen oplossen
Als het apparaat niet goed werkt, voer dan de volgende
controles uit voordat u contact opneemt met onze service-
afdeling.
Belangrijk! BELANGRIJK: Als u de hulp van een monteur
inroept voor een storing die voorkomt in de onderstaande
lijst of voor het repareren van een storing die het gevolg
is van onjuist gebruik of onjuiste installatie, worden er
kosten in rekening gebracht, ook tijdens de
garantietermijn.
PROBLEEM OPLOSSING
De oven schakelt niet in. Controleer of de bereidingsfunctie en de temperatuur
zijn ingesteld
Controleer of het apparaat goed is aangesloten en de
zekering in de huisinstallatie in orde is
Het controlelampje van de thermostaat gaat niet branden Stel een temperatuur in met de thermostaatknop
Stel een functie in met de functieknop
De ovenverlichting gaat niet branden. Stel een functie in met de functieknop
Controleer het lampje en vervang het indien nodig (zie
"Reiniging en onderhoud")
De bereiding van de gerechten duurt te lang of de ge-
rechten worden te snel gaar.
Mogelijk moet de temperatuur worden aangepast
Neem de aanwijzingen en tips in deze handleiding
goed door, met name het hoofdstuk "Gebruik van de
oven".
Stoom en condenswater slaan neer op de gerechten en
de deur van de oven.
Laat de gerechten na afloop van de bereiding niet lan-
ger dan 15-20 minuten in de oven staan
De ovenventilator maakt lawaai. Controleer of de roosters en het bakgerei niet tegen
het achterpaneel van de oven trillen
Technische gegevens
Waarschuwing! De oven moet volgens de
meegeleverde instructies worden geïnstalleerd.
Vermogen verwarmingselementen
Onderste verwarmingselement 1000 W
Bovenste verwarmingselement 800 W
15
Breedte 395 mm
Ovencapaciteit 53 liter
`Hoogte onder bovenkant 600 mm
Hoogte in kolom 587 mmVolledige oven (boven + onder) 1800 W
Heteluchtelement 2000 W
Kleine grill 1650 W
Grote grill 2450 W
Ovenverlichting 25 W
Koelventilator 25 W
Heteluchtventilator 25 W
Totaal vermogen 2500 W
Voedingsspanning (50 Hz) 230 V
Inbouw
Breedte 560 mm
Diepte 550 mm
Oven
Hoogte 335 mm
Diepte 400 mm
Elektrische aansluitingen
Waarschuwing! Inbouw en installatie moeten
uitgevoerd worden met strikte inachtneming van de
geldende voorschriften. Elke ingreep mag slechts
plaatsvinden als het apparaat uitgeschakeld is. Ingrepen
mogen uitsluitend verricht worden door een erkend
installateur.
De fabrikant kan niet aansprakelijk gesteld worden als de
veiligheidsvoorschriften niet opgevolgd worden.
Aansluiten op netstroom
Let voor het aansluiten op het volgende:
De zekering en de huisinstallatie moeten op de max.
belasting van het apparaat berekend zijn (zie typepla-
tje).
De huisinstallatie moet voorzien zijn van een aardaan-
sluiting overeenkomstig de geldende voorschriften.
De wandcontactdoos (type Perilex als de oven is uit-
gevoerd in combinatie met een elektrische kookplaat)
en de meerpolige installatieautomaat of groepsscha-
kelaar moeten ook na installatie van het apparaat mak-
kelijk bereikbaar zijn.
Dit apparaat wordt geleverd met een aansluitsnoer.
Aan het snoer moet een geschikte stekker gemonteerd
worden, in overeenstemming met de elektrische belasting
zoals gespecificeerd op het typeplaatje. De stekker moet
in een geschikte wandcontactdoos worden gestoken. In-
dien u een directe aansluiting op de elektriciteitsvoorzie-
ning (hoofdleiding) wenst, moet u tussen het apparaat en
de hoofdleiding een omnipolaire schakelaar met een mi-
nimumafstand van 3 mm tussen de contactpunten mon-
teren. Deze schakelaar moet geschikt zijn voor de vereiste
belasting en voldoen aan de geldende voorschriften. De
groengele aardingsdraad mag niet onderbroken worden
door de schakelaar en moet 2-3 cm langer te zijn dan de
andere draden.
Het aansluitsnoer moet worden aangesloten op een ge-
aarde wandcontactdoos (230 V~, 50 Hz type Perilex als
de oven is uitgevoerd met een elektrische kookplaat). Deze
wandcontactdoos moet overeenkomstig de voorschriften
geïnstalleerd zijn.
De volgende typen aansluitsnoeren zijn geschikt, met in-
achtneming van de nominale doorsneden: H07 RN-F, H05
RN-F, H05 RR-F, H05 VV-F, H05 V2V2-F (T90), H05 BB-
F.
Het aansluitsnoer moet in ieder geval zodanig geplaatst
zijn, dat het nergens 50°C (boven kamertemperatuur) be-
reikt.
Na de aansluiting moeten de verwarmingselementen ge-
controleerd worden, door ze ongeveer 3 minuten te laten
werken.
Klemmenbord
De oven is voorzien van een makkelijk toegankelijk klem-
menbord, dat berekend is voor de werking op een eenfase-
stroomvoorziening van 230 V.
Letter L - Klem onder stroom
16
Letter N - Neutrale klem
of E - Aardeklem
Instructies voor de inbouw
Zorg ervoor dat het apparaat na installatie makkelijk be-
reikbaar is voor de reparateur, voor het geval er een sto-
ring moet worden verholpen.
Inbouw
De ruimte of het meubel waarin de oven wordt ingebouwd
moet voldoen aan de volgende eisen:
houd de afmetingen in de relevante tekening aan;
de materialen moeten bestand zijn tegen een tempe-
ratuurtoename van minstens 60°C boven de omge-
vingstemperatuur;
zorg ervoor dat de oven wordt voorzien van een con-
tinue luchtstroom, zodat het apparaat niet oververhit
kan raken.
De afmetingen van de oven en de vereiste ruimte voor de
inbouw vindt u in de relevante tekening.
Bevestiging in het meubel
A
B
1. Open de deur van de oven.
2. Bevestig de oven aan het meubel door de vier af-
standhouders (letter A ) te plaatsen (deze passen pre-
cies in de daarvoor bedoelde gaten van het frame).
Bevestig de afstandhouders vervolgens met de vier
meegeleverde houtschroeven (letter B ).
NL
Garantie/serviceafdeling
NEDERLAND
Onze producten worden met de grootst mogelijke zorg-
vuldigheid geproduceerd. Desondanks kan het voorko-
17
560
570
540
20
590
594
7
50
550
min
587
560-570
550 min
600
560-570
80÷100
men dat er een defect optreedt. Onze servicedienst zal dit
op verzoek herstellen, zowel binnen als buiten de garan-
tietermijn. De levensduur van het product wordt daardoor
niet negatief beïnvloed. Onderstaande garantievoorwaar-
den zijn gestoeld op de EU Richtlijn 99/44/EG en het
Burgerlijk Wetboek. De daaruit voortvloeiende rechten
blijven onverlet. Ook de garantieverplichtingen van de
verkoper naar de eindgebruiker blijven onaangetast.
Voor dit product verlenen wij garantie volgens onder-
staande voorwaarden:
1. Wij verhelpen kosteloos met inachtneming van de
voorwaarden 2 tot en met 15 gebreken aan het pro-
duct die zich openbaren binnen 24 maanden vanaf
de datum van levering aan de eindgebruiker. In geval
van professioneel of daarmee gelijk te stellen ge-
bruik is de garantie beperkt tot 12 maanden. Voor
tweedehands producten geldt eveneens een termijn
van 12 maanden.
2. De garantieprestatie houdt in dat het product koste-
loos wordt teruggebracht in de toestand die het had
voor het defect optrad. Gebrekkige onderdelen wor-
den hersteld of vervangen. Kosteloos vervangen on-
derdelen worden ons eigendom.
3. Het gebrek moet terstond gemeld worden om mo-
gelijke verdere schade te voorkomen. De garantie-
aanspraak vervalt indien het gebrek niet binnen twee
maanden na vaststelling is gemeld.
4. Voor een beroep op garantie dient het aankoopbe-
wijs met aankoop- en/of leveringsdatum te worden
overlegd. Bij ontbreken daarvan dient ander over-
tuigend bewijs te worden overlegd.
5. De garantie heeft geen betrekking op schade aan
kwetsbare onderdelen, zoals (vitrokeramisch) glas,
kunststof, rubber, die ontstaan is door onzorgvuldig
gebruik.
6. De garantie heeft geen betrekking op kleine afwij-
kingen van de gestelde kwaliteit die voor de waarde
en deugdelijkheid van het product onbeduidend zijn.
7. De garantie geldt evenmin voor schade veroorzaakt
door:
chemische en elektrochemische inwerking van
water,
abnormale milieuomstandigheden in het alge-
meen,
voor het product oneigenlijke bedrijfsomstan-
digheden,
contact met agressieve stoffen.
8. De garantie heeft geen betrekking op gebreken door
transportschade die buiten onze verantwoordelijk-
heid is ontstaan, niet-vakkundige installatie of mon-
tage, verkeerd gebruik, gebrekkig onderhoud, of het
niet in acht nemen van de gebruiks- of montage-
aanwijzingen.
9. Het recht op garantie vervalt wanneer het defect werd
veroorzaakt door herstelling of ingrepen door derden
die niet bevoegd of niet deskundig zijn, of wanneer
het product voorzien werd van toebehoren of on-
derdelen die niet origineel zijn en daardoor een de-
fect veroorzaken.
10. Producten die gemakkelijk kunnen worden vervoerd
dienen te worden overhandigd aan of gezonden naar
onze servicedienst. Herstelling ter plaatse kan
slechts worden gevraagd voor grote of ingebouwde
producten.
11. Indien het product zodanig is ingebouwd, onderge-
bouwd, opgehangen of geplaatst dat de benodigde
tijd voor het in- en uitbouwen samen meer dan 30
minuten bedraagt, worden de hierdoor ontstane ex-
tra kosten aan de gebruiker in rekening gebracht.
Schade die ontstaat door abnormale in- of uitbouw
komt ten laste van de gebruiker.
12. Indien binnen de garantieperiode de herstelling van
hetzelfde defect herhaaldelijk mislukt of de herstel-
lingkosten disproportioneel zijn wordt in overleg
met de gebruiker een gelijkwaardige vervanging ge-
leverd. In geval van vervanging behouden we ons
het recht voor om een vergoeding te rekenen naar
rato van de verstreken gebruiksperiode.
13. Herstelling onder garantie heeft geen verlenging van
de garantietermijn noch aanvang van een nieuwe
garantietermijn tot gevolg.
14. Op herstellingen geven wij een garantie van 12
maanden, uitsluitend op hetzelfde gebrek.
15. Verdere of andere aanspraken, in het bijzonder ver-
goeding van schade ontstaan buiten het product, zijn
uitgesloten voor zover een aansprakelijkheid niet
wettelijk is vastgelegd.
16. In geval van aansprakelijkheid zal een vergoeding
de aankoopwaarde van het product niet overtreffen,
tenzij wettelijk anders is bepaald.
Deze garantievoorwaarden gelden voor in Nederland ge-
kochte en/of in gebruik zijnde producten. Indien een pro-
duct naar het buitenland wordt gebracht dient de gebruiker
na te gaan of het product voldoet aan de technische voor-
waarden ( o.a. spanning, frequentie, installatievoorschrif-
18
ten, gassoort, klimaatomstandigheden) in het betreffende
land. Voor in het buitenland aangeschafte producten dient
de gebruiker zich te vergewissen van de bepalingen in
Nederland. Noodzakelijke of gewenste aanpassingen val-
len niet onder de garantie, en kunnen niet altijd worden
aangebracht.
Ook na afloop van de garantietermijn staat onze service-
dienst u ter beschikking.
Adres Servicedienst: Electrolux Service, Vennootsweg 1,
2404 CG ALPHEN AAN DEN RIJN
Reparatievoorwaarden
Onze reparatievoorwaarden zijn conform de afspraak tus-
sen de Consumentenbond en Vlehan*.
Art. 1 Aan de consument zal na een melding van een sto-
ring zo mogelijk direct, doch uiterlijk binnen één werkdag
worden medegedeeld op welke dag het bezoek van de
technicus zal plaatsvinden. De reparatie zal als regel bin-
nen zeven werkdagen na de melding zijn uitgevoerd.
Art. 2
a) Alvorens de reparatie wordt verricht zal de technicus
een onderzoek uitvoeren naar de vermoedelijke oor-
zaak van de gemelde storing. Aan de hand hiervan zal
hij een zo nauwkeurig mogelijke, gespecificeerde be-
groting maken van de totale reparatiekosten inclusief
voorrijkosten en diagnose-kosten. Desgevraagd zal
deze begroting door de technicus schriftelijk worden
vastgelegd.
b) Indien de consument met het begrote bedrag niet ak-
koord gaat, zal op verzoek het te repareren toestel
worden teruggebracht in de staat waarin het aan de
technicus werd aangeboden. Nadat dit is geschied,
zullen alleen de kosten van voorrijden en arbeidsloon
in rekening worden gebracht op basis van de werke-
lijke bestede tijd, danwel van een vooraf vastgesteld
tarief.
Art. 3 Indien tijdens het uitvoeren van de reparatie dui-
delijk wordt dat:
a) de oorspronkelijke reparatie door redelijkerwijs niet
te voorziene omstandigheden niet tegen het begrote
bedrag kan worden uitgevoerd, of
b) ook andere dan in de begroting voorziene reparaties
noodzakelijk zijn, zal overleg met de consument
plaatsvinden en een herziene kostenbegroting wor-
den gemaakt. In geval de consument daarmee alsnog
niet akkoord gaat, geldt eveneens het in artikel 2b
bepaalde.
Art. 4 De reparatie zal zoveel mogelijk tijdens het eerste
bezoek worden uitgevoerd. Indien om het toestel in wer-
kende staat te brengen een tweede bezoek noodzakelijk
is, zal:
a) direct, doch uiterlijk binnen één werkdag door de be-
treffende service-organisatie of door de technicus
met de consument de datum voor een tweede bezoek
worden afgesproken.
b) een herhalingsbezoek zal als regel binnen tien werk-
dagen na de melding plaatsvinden.
c) voor een tweede of daaropvolgend bezoek zal geen
voorrijtarief in rekening worden gebracht, tenzij de
noodzaak voor een herhalingsbezoek aan de consu-
ment is toe te schrijven.
Art. 5 De consument ontvangt een gespecificeerde reke-
ning met vermelding van type en serienummer van het
apparaat, omschrijving van de diagnose, toegepaste ta-
rieven, gebruikte onderdelen en materialen en een korte
omschrijving van de verrichte werkzaamheden. De beta-
ling van de rekening dient tegen afgifte van een repara-
tienota direct contant of door middel van een gegaran-
deerd betaalmiddel plaats te vinden.
Art. 6 Op elke uitgevoerde en betaalde reparatie zal bij
normaal huishoudelijk gebruik een volledige garantie van
minimaal 3 maanden worden gegeven. Deze garantie om-
vat het kosteloos uitvoeren van een hernieuwde reparatie.
Op de uitgewisselde en betaalde onderdelen geldt een
garantietermijn van 12 maanden. Bij een beroep op ga-
rantie op de reparatie dient de consument op verzoek de
gespecificeerde rekening van de voorgaande reparatie aan
de technicus te overleggen.
Art. 7 Indien na driemaal uitvoeren van eenzelfde reparatie
hetzelfde defect bij normaal huishoudelijk gebruik op-
nieuw optreedt binnen de onder art. 6 bedoelde garan-
tietermijn en redelijkerwijs een afdoend resultaat bij het
opnieuw uitvoeren van de reparatie niet verwacht kan
worden, zal aan de consument een nieuw exemplaar of
soortgelijk toestel van hetzelfde merk worden aangeboden
tegen bijbetaling op basis van een per product te bepalen
jaarlijks afschrijvingspercentage.
Art. 8 Vervangen onderdelen stelt de technicus weer ter
beschikking van de consument, met uitzondering van de
onder garantie of tegen een gereduceerde prijs vervangen
onderdelen.
Art. 9 Een reparatie dient op zodanige wijze te worden
uitgevoerd, dat een toestel daarna weer volledig voldoet
aan de veiligheidsvoorschriften, die op grond van een van
fabriekswege aangebracht veiligheidskeurmerk gelden,
danwel bij het ontbreken daarvan, aan de wettelijke ver-
eisten terzake. Dit houdt ondermeer in, dat reparaties
19
moeten worden uitgevoerd met originele en door de fa-
brikant ook terzake van veiligheidskeurmerken en -voor-
schriften gegarandeerde onderdelen.
*) Vereniging Leveranciers van Huishoudelijke Apparaten in Nederland
Adres service-afdeling, Nederland
AEG fabrieksservice Postbus 120 2400 AC Alphen aan den Rijn
Service-informatielijn (voor bezoek servicetechnicus en onderdelen) tel. 0172-468 300
Consumentenbelangen (voor algemene, product- of gebruiksinformatie) tel. 0172-468 172
Vanzelfsprekend kunt u ook tijdens de lange levensduur
van uw product op ons rekenen. Daarom nodigen wij u
van harte uit uw product kosteloos te registreren op onze
internetsite www.mijnapparaten.nl. Wij kunnen u dan nog
beter van dienst zijn met informatie over producten,ge-
bruiksaanwijzingen, tips, innovaties, oplossingen voor
onverhoopte storingen etc.
Europese Garantie
Dit apparaat wordt door Electrolux in elk van de achter in
deze handleiding genoemde landen gedurende de in het
bij het apparaat behorende garantiebewijs genoemde pe-
riode of anderszins bij de wet gegarandeerd. Als u van
een van deze landen verhuist naar een ander van de hier-
onder genoemde landen, verhuist de garantie op het ap-
paraat met u mee. De volgende beperkingen zijn hierop
van toepassing:
De garantie op het apparaat begint op de datum van
eerste aankoop van het apparaat. Deze datum dient te
worden aangetoond door overlegging van een geldig,
door de verkoper van het apparaat afgegeven aan-
koopbewijs.
De garantie op het apparaat geldt voor dezelfde periode
en in dezelfde mate voor arbeidsloon en onderdelen
als van toepassing in uw nieuwe land van vestiging op
dit specifieke model of deze specifieke serie apparaten.
De garantie op het apparaat is persoonlijk, geldt dus
voor de oorspronkelijke koper van het apparaat en kan
niet worden overgedragen op een andere gebruiker.
Het apparaat wordt geïnstalleerd en gebruikt in over-
eenstemming met de door Electrolux afgegeven in-
structies en wordt alleen in huis gebruikt, dat wil zeg-
gen, het apparaat wordt niet gebruikt voor commerciële
doeleinden.
Het apparaat wordt geïnstalleerd in overeenstemming
met alle relevante voorschriften die in uw nieuwe land
van vestiging van kracht zijn.
De voorwaarden van deze Europese garantie tasten geen
van de aan u bij de wet verleende rechten aan.
www.electrolux.com
Albania +35 5 4 261 450 Rr. Pjeter Bogdani Nr. 7 Ti‐
rane
Belgique/België/Belgien +32 2 363 04 44 Bergensesteenweg 719, 1502 Lem-
beek
Česká republika +420 261302111 Budějovická 3, Praha 4, 140
21
Danmark +45 70 11 74 00 Sjællandsgade 2, 7000 Fredericia
Deutschland +49 180 32 26 622 Fürther Str. 246, 90429 Nürnberg
Eesti +37 2 66 50 030 Pärnu mnt. 153, 11624 Tal‐
linn
20
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

Zanussi ZOB382X Manuel utilisateur

Taper
Manuel utilisateur

dans d''autres langues