9
Xplorer 870
4. HET IP-ADRES VAN UW COMPUTER CONFIGUREREN
Om de ADSL-router te kunnen configureren, moet u de netwerkparameters van uw
computer zo configureren dat ze binnen hetzelfde subnet als de ADSL-router vallen,
zoniet krijgt u geen toegang tot de router zoals in hoofdstuk 5 wordt beschreven.
Het standaard-IP-adres van de router is 192.168.1.1. Het standaardadres van het
subnet van de router is 255.255.255.0.
De DHCP-server in de router is standaardmatig geactiveerd. Dit betekent dat aan de
PC die u op de router aansloot, automatisch een IP-adres zal worden toegekend als
u het systeem configureerde zoals in hoofdstuk 4.1 wordt beschreven.
Als u geen automatische toekenning van IP-adressen wilt, kunt u het IP-adres van
de netwerkkaart ook manueel instellen op de PC. Zie in dat geval hoofdstuk 4.2.
Als u het IP-adres manueel instelt, moet u ook het gateway-adres van de
netwerkkaart instellen. Zie hoofdstuk 4.3 voor het instellen van de gateway.
Om toegang te krijgen tot het internet moet u de DNS-instellingen invoeren. U kunt
dit doen voor de netwerkkaart in de PC zoals in hoofdstuk 4.4 wordt uiteengezet
of u kunt de DNS-instellingen invoeren in de router zoals beschreven in hoofdstuk
10.
Opmerking: de DNS-adressen worden medegedeeld door uw internetaanbieder.
4.1. IP-instellingen van uw computer configureren voor gebruik met
een DHCP-server
• Configureer de TCP/IP-protocolinstellingen op uw computer zodat een IP-adres
wordt toegekend. Onder Windows 9x of Windows NT selecteert u hiertoe Start
> Settings > Control Panel > en dubbelklikt u op Network.
• Selecteer het tabblad Configuration bovenaan het dialoogvenster.
• Kies Ethernet Adapter TCP/IP uit de lijst van netwerkcomponenten.
• Klik op de knop Properties.
• Selecteer het tabblad IP-address.
999
HANDL. XPL 870 24/6/02 3:34 pm Pagina 9