Central Park CPE2040CS_EL Le manuel du propriétaire

Catégorie
Tronçonneuses électriques
Taper
Le manuel du propriétaire
1
NL ELEKTRISCHE KETTINGZAAG
FR TRONCONNEUSE ELECTRIQUE
DE ELEKTRISCHE KETTENSÄGE
EN ELECTRIC CHAINSAW
Maxeda : 10112246
(CPE2040CS/EL)
Vertaling van de oorspronkelijke instructie handleiding (NL)
Traduction intégrale du Manuel d’instructions d’origine (FR)
Integrale Übersetzung der Originalanleitung (DE)
This is original instruction manual (EN)
Geproduceerd door / Produit par / Hergestellt von / Produced by:
Maxeda DIY B.V.
De Entree 500
PO Box 22954, 1100 DL Amsterdam
The Netherlands www.centralpark.eu
2
13
11 2
1
3 14
10
3
5
6
4
7
8
9
14
12
7
4
15
MIN
MAX
4
16
17
5
6
5
De legenda van de genummerde punten is beschikbaar op pagina 21 in de Nederlandse versie.
La légende des points numérotés est disponible en page 35 dans la version en Français.
Die Legende der nummerierten Punkte finden Sie auf Seite 49 in der deutschen Version
The legend of the numbered points is available on page 62 in the English version.
4
16
17
6
MONTAGE (NL)
MONTAGE (FR)
MONTAGE (DE)
ASSEMBLY (EN)
Looprichting ketting (NL)
Sens de fonctionnement de la chaîne (FR)
Kettenlaufrichtung (DE)
Chain running direction (GB)
7
NL Kettingspanning van een nieuwe ketting na ca.
vijf zaagsneden opnieuw instellen.
Tijdens het gebruik de kettingspanning in regelmatige termijnen controleren.
FR Réglez à nouveau la tension de la nouvelle chaîne après environ cinq
coupes. Contrôlez régulièrement la tension de la chaîne pendant le fonctionnement.
DE Stellen Sie die Spannung der neuen Kette nach etwa fünf Schnitten neu ein.
Überprüfen Sie während des Betriebs regelmäßig die Kettenspannung.
EN Repeat tensioning of new chain after approx. 5 cuts. Check chain tensioning
regularly during operation
8
KETTINGSMERING (NL)
GRAISSAGE DE LA CHAÎNE (FR)
KETTENSCHMIERUNG (DE)
CHAIN LUBRICATION (GB)
9
GEBRUIK (NL)
FONCTIONNEMENT (FR)
BEDIENUNG (DE)
OPERATION (GB)
10
11
12
13
NL Ketting draait na het uitschakelen nog kort na!
FR La chaîne continue à tourner pendant quelques instants après l’arrêt!
DE Die Kette läuft nach dem Anhalten noch einige Augenblicke weiter!
GB Chain runs out briefly after switching off!
14
SCHOONMAKEN / BEWARING (NL)
NETTOYAGE / STOCKAGE (FR)
REINIGUNG / LAGERUNG (DE)
CLEANING / STORAGE (GB)
15
NL / KETTINGZAAG
TOEPASSINGSGEBIED
Deze modellen zijn bedoeld voor niet al te frequent
gebruik door huiseigenaren, bewoners van
buitenhuisjes, kampeerders en voor algemene
toepassingen zoals het vrij maken van een
gebied, snoeiwerken of het zagen van brandhout.
Ze zijn niet bedoeld voor langdurig gebruik.
Het apparaat is niet voor industrieel gebruik
bestemd.
ALGEMENE
VEILIGHEIDSWAARSCHUWINGEN
VOOR ELEKTRISCHE
GEREEDSCHAPPEN
WAARSCHUWING
Lees alle veiligheidswaarschuwingen
en alle voorschriften. Als de waarschuwingen en
voorschriften niet worden opgevolgd, kan dit
een elektrische schok, brand of ernstig letsel tot
gevolg hebben.
Bewaar alle waarschuwingen en voorschriften
voor toekomstig gebruik.
Het in de waarschuwingen gebruikte begrip
„elektrisch gereedschap” heeft betrekking op
elektrische gereedschappen voor gebruik op het
stroomnet (met netsnoer) en op elektrische
gereedschappen voor gebruik met een accu (zonder
netsnoer).
1) Veiligheid van de werkomgeving
a) Houd uw werkomgeving schoon en goed
verlicht. Een rommelige of onverlichte
werkomgeving kan tot ongevallen leiden.
b)Werk met het elektrische gereedschap
niet in een omgeving met explosiegevaar
waarin zich brandbare vloeistoffen,
brandbare gassen of brandbaar stof bevinden.
Elektrische gereedschappen veroorzaken
vonken die het stof of de dampen
tot ontsteking kunnen brengen.
c) Houd kinderen en andere personen tijdens
het gebruik van het elektrische gereedschap
uit de buurt. Wanneer u wordt afgeleid, kunt u de
controle over het gereedschap verliezen.
2) Elektrische veiligheid
a) De aansluitstekker van het elektrische
gereedschap moet in het stopcontact
passen. De stekker mag in geen geval
worden veranderd. Gebruik geen
adapterstekkers in combinatie met geaarde
elektrische gereedschappen. Onveranderde
stekkers en passende stopcontacten
beperken het risico van een elektrische
schok.
b) Voorkom aanraking van het lichaam met
geaarde oppervlakken, bijvoorbeeld van
buizen, verwarmingen, fornuizen en
koelkasten. Er bestaat een verhoogd risico
door een elektrische schok wanneer
uw lichaam geaard is.
c) Houd het gereedschap uit de buurt van
regen en vocht. Het binnendringen van
water in het elektrische gereedschap vergroot
het risico van een elektrische schok.
d) Gebruik de kabel niet voor een verkeerd
doel, om het elektrische gereedschap te
dragen of op te hangen of om de stekker
uit het stopcontact te trekken. Houd de
kabel uit de buurt van hitte, olie, scherpe
randen en bewegende gereedschapdelen.
Beschadigde of in de war geraakte kabels
vergroten het risico van een elektrische
schok.
e) Wanneer u buitenshuis met elektrisch
gereedschap werkt, dient u alleen verlengkabels
te gebruiken die voor gebruik
buitenshuis zijn goedgekeurd. Het gebruik
van een voor gebruik buitenshuis geschikte
verlengkabel beperkt het risico van een elektrische
schok.
f) Als het gebruik van het elektrische
gereedschap in een vochtige omgeving
onvermijdelijk is, dient u een aardlekschakelaar
te gebruiken. Het gebruik van een
aardlekschakelaar vermindert het risico
van een elektrische schok.
3) Veiligheid van personen
a) Wees alert, let goed op wat u doet en ga
met verstand te werk bij het gebruik van
het elektrische gereedschap. Gebruik
geen elektrisch gereedschap wanneer u
moe bent of onder invloed staat van
drugs, alcohol of medicijnen. Een moment
van onoplettendheid bij het gebruik
van het elektrische gereedschap kan tot
ernstige verwondingen leiden.
b) Draag persoonlijke beschermende uitrusting.
Draag altijd een veiligheidsbril. Het
dragen van persoonlijke beschermende uitrusting
zoals een stofmasker, slipvaste werkschoenen,
een veiligheidshelm of gehoorbescherming,
afhankelijk van de aard en het
gebruik van het elektrische gereedschap,
vermindert het risico van verwondingen.
c) Voorkom per ongeluk inschakelen. Controleer
dat het elektrische gereedschap
uitgeschakeld is voordat u de stekker in
het stopcontact steekt of de accu aansluit
en voordat u het gereedschap oppakt
of draagt. Wanneer u bij het dragen
van het elektrische gereedschap uw vinger
aan de schakelaar hebt of wanneer u
het gereedschap ingeschakeld op de
16
stroomvoorziening aansluit, kan dit tot
ongevallen leiden.
d) Verwijder instelgereedschappen of
schroefsleutels voordat u het elektrische
gereedschap inschakelt. Een instelgereedschap
of sleutel in een draaiend deel van het gereedschap
kan tot verwondingen leiden.
e) Voorkom een onevenwichtige
lichaamshouding.
Zorg ervoor dat u stevig staat
en steeds in evenwicht blijft. Daardoor
kunt u het elektrische gereedschap in onverwachte
situaties beter onder controle houden.
f) Draag geschikte kleding. Draag geen
loshangende kleding of sieraden. Houd haren,
kleding en handschoenen uit de
buurt van bewegende delen. Loshangende
kleding, lange haren en sieraden kunnen
door bewegende delen worden meegenomen.
g) Wanneer stofafzuigings- of
stofopvangvoorzieningen kunnen worden
gemonteerd, dient u zich ervan te verzekeren
dat deze zijn aangesloten en juist worden
gebruikt. Het gebruik van een stofafzuiging
beperkt het gevaar door stof.
4) Zorgvuldige omgang met en zorgvuldig
gebruik van elektrische gereedschappen
a) Overbelast het gereedschap niet. Gebruik
voor uw werkzaamheden het daarvoor
bestemde elektrische gereedschap.
Met het passende elektrische gereedschap
werkt u beter en veiliger binnen het
aangegeven capaciteitsbereik.
b) Gebruik geen elektrisch gereedschap
waarvan de schakelaar defect is. Elektrisch
gereedschap dat niet meer kan worden
in- of uitgeschakeld, is gevaarlijk en
moet worden gerepareerd.
c) Trek de stekker uit het stopcontact of
neem de accu uit het elektrische gereedschap
voordat u het gereedschap instelt,
toebehoren wisselt of het gereedschap
weglegt. Deze voorzorgsmaatregel voorkomt
onbedoeld starten van het elektrische
gereedschap.
d) Bewaar niet-gebruikte elektrische
gereedschappen
buiten bereik van kinderen.
Laat het gereedschap niet gebruiken
door personen die er niet mee
vertrouwd zijn en deze aanwijzingen niet
hebben gelezen. Elektrische gereedschappen
zijn gevaarlijk wanneer deze door onervaren
personen worden gebruikt.
e) Verzorg het elektrische gereedschap
zorgvuldig. Controleer of bewegende delen
van het gereedschap correct functioneren
en niet vastklemmen en of onderdelen
zodanig gebroken of beschadigd
zijn dat de werking van het elektrische
gereedschap nadelig wordt beïnvloed.
Laat deze beschadigde onderdelen voor
het gebruik repareren. Veel ongevallen
hebben hun oorzaak in slecht onderhouden
elektrische gereedschappen.
f) Houd snijdende inzetgereedschappen
scherp en schoon. Zorgvuldig onderhouden
snijdende inzetgereedschappen met
scherpe snijkanten klemmen minder snel
vast en zijn gemakkelijker te geleiden.
g) Gebruik elektrisch gereedschap, toebehoren,
inzetgereedschappen en dergelijke
volgens deze aanwijzingen. Let daarbij
op de arbeidsomstandigheden en de
uit te voeren werkzaamheden. Het gebruik
van elektrische gereedschappen
voor andere dan de voorziene toepassingen
kan tot gevaarlijke situaties leiden.
5) Service
a) Laat het elektrische gereedschap alleen
repareren door gekwalificeerd en vakkundig
personeel en alleen met originele
vervangingsonderdelen. Daarmee wordt
gewaarborgd dat de veiligheid van het gereedschap
in stand blijft.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN
VOOR KETTINGZAGEN
Houd bij een lopende zaag alle lichaamsdelen
uit de buurt van de zaagketting. Controleer
voor het starten van de zaag dat de
zaagketting niets aanraakt. Bij werkzaamheden
met een kettingzaag kan een moment van
onoplettendheid ertoe leiden dat kleding
of lichaamsdelen door de zaagketting worden
meegenomen.
Houd het elektrische gereedschap alleen
aan de geïsoleerde greepvlakken vast,
aangezien de zaagketting in aanraking met het
netsnoer van het gereedschap kan komen.
Contact van de zaagketting met een
spanningvoerende leiding kan metalen delen van
het gereedschap onder spanning zetten en
tot een elektrische schok leiden.
Houd de kettingzaag altijd met uw rechterhand
aan de achterste greep en met uw linkerhand
aan de voorste greep vast. Als u de
kettingzaag omgekeerd vasthoudt, loopt u
een hoger risico op letsel. Houd de kettingzaag
daarom alleen zoals voorgeschreven vast.
Draag een veiligheidsbril en
gehoorbescherming.
Overige beschermende uitrusting voor uw
hoofd, handen, benen en voeten wordt
aanbevolen. Passende beschermende kleding
vermindert de kans op verwondingen door
rondvliegend spaanmateriaal
en toevallig aanraken van de zaagketting.
Werk met de kettingzaag niet op een boom.
Bij gebruik van een kettingzaag op een boom
bestaat kans op verwondingen.
Let er altijd op dat u stevig staat en gebruik
de kettingzaag alleen als u op een stevige
17
en vlakke ondergrond staat. Een gladde
ondergrond of instabiele posities, bijvoorbeeld
op een ladder, kunnen tot evenwichtsverlies
of verlies van de controle over de kettingzaag
leiden.
Houd er bij het afzagen van een onder
spanning staande tak rekening mee dat deze
terugveert.
Als de spanning in de houtvezels vrijkomt, kan de
gespannen tak de bediener raken, of kan deze de
bediener de controle over de kettingzaag doen
verliezen.
Wees bijzonder voorzichtig bij het zagen
van laag houtgewas en jonge bomen. Het
dunne materiaal kan in de zaagketting blijven
hangen en op u slaan of u uit het evenwicht
brengen.
Draag de kettingzaag aan de voorste greep
in uitgeschakelde toestand, de zaagketting
van uw lichaam afgewend. Breng altijd de
veiligheidsafscherming aan voordat u de
kettingzaag vervoert of opbergt. Een zorgvuldige
omgang met de kettingzaag vermindert de kans op
per ongeluk aanraken van de lopende zaagketting.
Volg de aanwijzingen voor het smeren, de
kettingspanning en het wisselen van toebehoren
op. Een onjuist gespannen of gesmeerde
ketting kan breken of het terugslagrisico verhogen.
Houd grepen droog, schoon en vrij van olie
en vet. Vettige grepen met olie zijn glad en
leiden tot het verlies van de controle over de
kettingzaag.
Zaag alleen hout. Gebruik de kettingzaag
niet voor werkzaamheden waarvoor deze
niet bestemd is. Voorbeeld: Gebruik de
kettingzaag niet voor het zagen van plastic,
metselwerk of bouwmaterialen die niet van
hout zijn. Het gebruik van de kettingzaag
voor werkzaamheden waarvoor deze niet bestemd
is, kan tot gevaarlijke situaties leiden.
Oorzaken en voorkoming van een terugslag:
– Terugslag kan optreden als de punt van de
geleidingsrail een voorwerp raakt of als het hout
buigt en de zaagketting in de groef wordt
vastgeklemd.
– Een aanraking met de punt van de kettinggeleider
kan in veel gevallen tot een onverwachte
en naar achteren gerichte actie leiden, waarbij
de kettinggeleider omhoog en in de richting van
de bediener wordt geslagen.
– Het vastklemmen van de zaagketting aan de
bovenkant van de geleidingsrail kan de
geleidingsrail snel in de richting van de bediener
terugstoten.
– Elk van deze reacties kan ertoe leiden dat u de
controle over de zaag verliest en u zich mogelijk
ernstig verwondt. Vertrouw niet uitsluitend op
de in de kettingzaag ingebouwde
veiligheidsvoorzieningen.
Als gebruiker van een kettingzaag
dient u verschillende maatregelen te treffen
om zonder ongevallen en zonder verwondingen te
kunnen werken.
Een terugslag is het gevolg van een verkeerd of
onjuist gebruik van het elektrische gereedschap.
Terugslag kan worden voorkomen door geschikte
voorzorgsmaatregelen, zoals hieronder beschreven:
Houd de zaag met beide handen vast, waarbij
duim en vinger de grepen van de kettingzaag
omsluiten. Neem een zodanige lichaamshouding
in en houd uw armen in een zodanige positie,
dat u stand kunt houden ten opzichte van de
terugslagkrachten. Als geschikte maatregelen
worden getroffen, kan de bediener de
terugslagkrachten beheersen.
Laat de kettingzaag nooit los.
Voorkom een abnormale lichaamshouding
en zaag niet boven schouderhoogte. Daardoor
wordt per ongeluk aanraken met de punt van de
kettinggeleider voorkomen en kan de kettingzaag in
onverwachte situaties beter onder controle worden
gehouden.
Gebruik altijd de door de fabrikant
voorgeschreven vervangende kettinggeleiders
en zaagkettingen. Verkeerde vervangende
kettinggeleiders en zaagkettingen kunnen tot
kettingbreuk en terugslag leiden.
Voor extra veiligheid wordt het gebruik van
een aardlekschakelaar met een
uitschakelstroom van maximaal 30 mA
geadviseerd. De aardlekschakelaar moet vóór
gebruik altijd worden gecontroleerd.
Houd u aan de aanwijzingen van de fabrikant
voor het slijpen en het onderhoud van
de zaagketting. Te lage dieptebegrenzers
verhogen de neiging tot terugslag.
Kinderen en jongeren, met uitzondering van
jongeren in opleiding van 16 jaar en ouder
onder toezicht, mogen de kettingzaag niet
bedienen. Hetzelfde geldt voor personen
die niet of onvoldoende bekend zijn met de
omgang met de kettingzaag. De
gebruiksaanwijzing moet altijd binnen handbereik
zijn. Personen die oververmoeid of niet lichamelijk
belastbaar zijn, mogen de kettingzaag
niet bedienen.
Controleer of alle beschermingsvoorzieningen
en grepen bij gebruik van het gereedschap
gemonteerd zijn. Probeer nooit een
onvolledig gemonteerd gereedschap of een
gereedschap met niet-toegestane aanpassingen
in gebruik te nemen.
De gebruiker wordt geadviseerd om zich voor het
eerste gebruik door een ervaren vakman aan de
hand van praktische voorbeelden te laten instrueren
over de bediening van de kettingzaag en het
gebruik van beschermende uitrusting. Als eerste
oefening dient het zagen van boomstammen op
een zaagbok of onderstel plaats te vinden.
Wacht tot het elektrische gereedschap tot
stilstand is gekomen voordat u het neerlegt.
Het inzetgereedschap kan vasthaken en dit
kan tot het verlies van de controle over het
elektrische gereedschap leiden.
18
Gebruik het elektrische gereedschap niet
met een beschadigde kabel. Raak de
beschadigde kabel niet aan en trek de stekker
uit het stopcontact als de kabel tijdens de
werkzaamheden wordt beschadigd. Beschadigde
kabels vergroten het risico van een
elektrische schok.
Het snoer moet zich altijd achter de gebruiker
bevinden.
Het snoer moet altijd van de achterkant van de
zaag weggeleid worden.
VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Tijdens het werken met de ketting moeten deze
veiligheidsinstructies nageleefd worden. Lees,
voor uw eigen veiligheid en die van anderen, deze
informatie zorgvuldig door vóór u de kettingzaag
gebruikt en bewaar ze op een veilige plek als
referentie voor later.
Gebruik de kettingzaag enkel voor het zagen van
hout of houten voorwerpen. Het zagen van
andere materialen is op uw eigen
verantwoordelijkheid en kan gevaarlijk zijn. De
fabrikant kan niet verantwoordelijk gesteld worden
voor schade veroorzaak door oneigenlijk of
verkeerdelijk gebruik.
Veiligheidsinstructies en ongevallenpreventie
Lees de gebruiksinstructies volledig door vóór u de
kettingzaag voor het eerst gebruikt. Dit
voorkomt verkeerd gebruik van de kettingzaag. Alle
informatie over het werken met de kettingzaag is
belangrijk voor uw persoonlijke veiligheid. Vraag
aan een professional om u te tonen hoe u de zaag
moet gebruiken!
_ Controleer het snoer en de stekker vóór u de
stekker op het stopcontact aansluit. Wanneer
het snoer beschadigd is, laat het dan onmiddellijk
door een specialist herstellen.
_ Gebruik nooit een beschadigd snoer, aansluiting
of stekker noch een snoer dat niet voldoet aan de
normen. Haal de stekker onmiddellijk uit het
stopcontact wanneer het snoer beschadigd of
afgesneden raakt.
_ Schakel de kettingzaag uit vóór u de kettingrem
los zet.
_ Draag altijd een veiligheidsbril en
werkhandschoenen wanneer u met de kettingzaag
werkt.
_ Draag nauwaansluitende kledij en
veiligheidsschoenen om verwondingen te
voorkomen.
_ Draag gehoorbescherming om gehoorschade te
voorkomen; een helm met gelaatsscherm
biedt bijkomende bescherming.
_ Zorg dat u een stabiele houding aanneemt
wanneer u met de kettingzaag werkt.
_ Hou uw werkplek netjes.
_ Vermijd contact met geaarde delen om een
elektrische schok te voorkomen.
_ Haal altijd de stekker uit het stopcontact vóór u
aan de kettingzaag werkt.
_ Stop enkel de stekker in het stopcontact wanneer
de kettingzaag uitgeschakeld is.
_ De kettingzaag mag maar door één persoon
tegelijk gebruikt worden. Alle andere personen
moeten uit de actieradius van de kettingzaag
blijven. Vooral kinderen en huisdieren moeten
te allen tijde goed uit de buurt worden gehouden.
_ De zaag mag niets raken wanneer ze gestart
wordt.
_ Hou de kettingzaag tijdens het werken met beide
handen stevig vast.
_ De kettingzaag mag niet gebruikt worden door
kinderen of jongeren. De enige uitzondering
hierop vormen jongeren van minstens 16 jaar die de
kettingzaag onder toezicht mogen
gebruiken als onderdeel van hun opleiding. Leen de
zaag enkel uit aan personen die
vertrouwd zijn met dit type kettingzaag en weten
hoe ze ermee om moeten gaan. Geeft altijd de
gebruiksinstructies samen met de zaag mee.
_ Zorg ervoor dat de zaag buiten het bereik van
kinderen wordt opgeborgen.
_ De zaag mag enkel gebruikt worden door
personen die uitgerust zijn en in goede
gezondheid verkeren, bv. in een goede fysieke
toestand. Wanneer u vermoeidheid voelt
opkomen, neem dan een rustpauze. U mag de
kettingzaag niet gebruiken nadat u alcohol
genuttigd heeft.
_ Stel de kettingzaag nooit bloot aan regen of slecht
weer. Zorg voor voldoende licht op de
werkplek. Gebruik geen motorgereedschappen in
de buurt van brandbare vloeistoffen of
gassen.
_ Wanneer de kettingzaag even niet gebruikt wordt,
zet ze dan aan de kant op een manier die geen
gevaar kan vormen voor anderen.
_ Zet altijd de klauwaanslag tegen het werkstuk
vóór u begint te zagen.
_ Verwijder de zaag enkel uit het hout wanneer ze
nog draait. Wie zaagt zonder gebruik te maken van
de klauwaanslag kan voorwaarts getrokken worden.
_ Gebruik de kettingzaag nooit wanneer u op een
lader staat, in een boom zit of u op een andere
onstabiele plek bevindt. Zaag niet met één hand.
_ Het snoer moet zich altijd achter de gebruiker
bevinden.
_ Het snoer moet altijd van de achterkant van de
zaag weggeleid worden.
_ Gebruik enkel originele onderdelen.
_ Kettingzagen die in de openlucht worden gebruikt
moeten worden aangesloten op een
verliesstroomschakelaar.
_ Overbelast motorgereedschappen niet. Ze werken
het best en het veiligst binnen hun opgegeven
capaciteitsgrenzen.
_ Gebruik altijd het juiste motorgereedschap.
Gebruik geen lichte kettingzagen voor zware taken.
_ Gebruik het snoer enkel waarvoor het dient.
Draag elektrisch gereedschap nooit aan het
snoer. Gebruik het snoer niet om de stekker uit het
stopcontact te halen. Bescherm het snoer tegen
hitte, olie en scherpe randen.
_ Verlengsnoeren in de openlucht:
_ Gebruik enkel verlengsnoeren die gekeurd zijn
voor gebruik in de openlucht en die als
dusdanig ook gemerkt zijn.
_ Gebruik een stevige steun wanneer u timmerhout
of dunne takken zaagt.
19
Stapel het hout niet, laat het niet door een andere
persoon vasthouden en hou het ook niet
uw voet op zijn plaats.
_ Boomstammen moeten worden vastgezet.
_ Werk op een hellende ondergrond altijd met uw
gezicht naar de helling.
_ Zet bij het doorzagen altijd de klauwaanslag tegen
het hout dat u wilt zagen.
_ Gebruik altijd de klauwaanslag vóór het
doorzagen. Schakel pas dan de kettingzaag in en
begin te zagen. Trek de kettingzaag aan haar
achterkant naar boven en bepaal de richting
met de voorste handgreep. Gebruik de
klauwaanslag als steunpunt. Om de zaag opnieuw
op haar plaats te positioneren om verder te zagen,
onderbreekt u het zaagproces en oefent
u een lichte druk uit op de voorste handgreep. Trek
de zaag een beetje terug, zet de klauwaanslag
dieper volgens de zaagsnede en trek de achterste
handgreep naar omhoog.
_ Haal de zaag enkel uit het hout wanneer ze nog
draait.
_ Schakel de zaag telkens uit wanneer u meerdere
zaagsneden uitvoert.
_ Het zagen van groeven (invalsneden) en
horizontale sneden mag enkel uitgevoerd worden
door professionals (groot gevaar voor terugslag).
_ Stel de zaag voor het maken van horizontale
sneden in onder kleinst mogelijke hoek. Dit
vergt extreme voorzichtigheid omdat de
klauwaanslag in dit geval niet gebruikt kan worden.
_ Wanneer de ketting geklemd raakt tijdens het
zagen met de bovenkant, dan kan ze naar de
gebruiker worden teruggeslagen. Daarom moet u
waar mogelijk altijd met de onderkant zagen omdat
de kettingzaag dan weg van uw lichaam en naar het
hout zal worden getrokken.
_ Wees extra voorzichtig bij het zagen van
gespleten hout. Afgezaagde stukken hout kunnen
in alle richtingen worden weggeslingerd (gevaar
voor verwondingen!).
_ Gebruik de kettingzaag niet om nagels of
dergelijke voorwerpen te verwijderen.
_ Bij het afzagen van takken moet de kettingzaag
wanneer mogelijk tegen de stam gesteund
worden. Zaag niet met de punt van het zwaard
(gevaar voor terugslag.
_ Het verwijderen van takken mag enkel door
opgeleide personen worden uitgevoerd. Gevaar
voor verwondingen!
_ Wees bijzonder voorzichtig met takken onder
spanning. Zaag geen niet-ondersteunde
takken langs onder.
_ Ga niet op de stam staan wanneer u takken
afzaagt.
_ De kettingzaag mag niet gebruikt worden voor
bosbeheer, zoals bv. het vellen van bomen
of het afzagen van takken in een bos. Wegens de
kabelverbinding beschikt de gebruiker niet over de
nodige mobiliteit en is zijn veiligheid niet
gegarandeerd!
_ Ga altijd naast de boom staan die geveld moet
worden.
_ Wanneer de boom omvalt, let dan op voor
gevallen takken wanneer u achteruit loopt.
_ Op een hellende ondergrond moet de gebruiker
aan de boven-, linker- of rechterkant van de
boomstam of neerliggende boom staan, nooit aan
de onderkant ervan.
_ Let op voor stammen die naar u toe rollen.
Terugslag!
_ Er is een grote kans op terugslag wanneer de
punt van de motorzaag (vooral het bovenste
kwadrant) per ongeluk in contact komt met hout of
andere vaste voorwerpen. In dit geval zal de zaag
oncontroleerbaar zijn en met volle kracht terug
worden geslagen naar de gebruiker (gevaar voor
verwondingen!).
_ Tijdens het werken met de zaag moet u
werkhandschoenen, geschikte schoenen,
beenbeschermers, een veiligheidsbril en
gehoorbescherming dragen.
_ Wanneer het werk gevaar voor hoofdletsel
inhoudt, moet een veiligheidshelm worden
gedragen. Bij het omzagen van bomen en het
afzagen van takken van gevelde of omgevallen
bomen moet bijkomend ook nog een gelaatsscherm
worden gedragen.
_ Haal altijd de stekker uit het stopcontact vóór u de
zaag controleert of bijstelt, vóór u een bepaalde fout
probeert op te lossen of vóór u ze van de ene plek
naar de andere brengt.
_ Schakel de zaag niet in vooraleer u ze stevig vast
hebt, een stabiele houding hebt aangenomen en u
er zeker van bent dat het zwaard noch de ketting
iets raken.
_ Hou de kettingzaag altijd met beide handen stevig
vast (rechterhand op de achterste
handgreep, linkerhand op handgreep 2).
_ Zaag nooit boven schouderhoogte, wanneer u op
een ladder staat, wanneer u in een boom zit of
wanneer u zich in een andere onveilige positie
bevindt.
_ Wanneer u gespleten hout zaagt, zorg er dan
extra goed voor dat er geen stukjes afbreken
en door de zaag worden weggeslingerd.
_ Tijdens rustpauzes moet de zaag worden
neergelegd op een manier die ervoor zorgt dat
niemand door de zaagketting verwond kan worden.
_ De kettingzaag mag nooit worden uitgeleend of in
de handen komen van personen die niet vertrouwd
zijn met de werking van dergelijk gereedschap. De
gebruiksinstructies moeten ook met de zaag worden
meegegeven.
TERUGSLAG
Volg deze veiligheidsinstructies om terugslag te
voorkomen:
_ Begin nooit te zagen met de punt van het zwaard!
_ Zaag nooit met de punt van het zwaard! Wees
voorzichtig bij het verderzetten van
zaagsneden waaraan u reeds heeft gewerkt!
_ Begin altijd te zagen met een kettingzaag die
reeds draait!
_ Zorg ervoor dat de zaagketting altijd goed
geslepen is.
_ Zaag nooit meer andere takken raakt.
_ Let bij het doorzagen een zaagbok.
20
DE KETTINGZAAG
TRANSPORTEREN
Haal altijd de stekker uit het stopcontact en breng
de zwaardbeschermkap aan over het zwaard en de
ketting vóór u de kettingzaag transporteert.
Wanneer verschillende zaagsneden moeten worden
uitgevoerd met de kettingzaag, schakel ze dan
tussen twee zaagsneden uit.
VÓÓR HET STARTEN
_ De netspanning en stroomvoorziening moeten
overeenstemmen met de waarden op het
typeplaatje.
_ Controleer altijd vóór het werken of de zaag
correct werkt en ze veilig is om gebruikt te worden.
_ Controleer ook of de kettingsmering en het oliepeil
in orde zijn. Wanneer het oliepeil lager staat dan
ongeveer 5 mm van het onderste merkteken, dan
moet u olie bijvullen. Wanneer de olie zich nog
boven dit merkteken bevindt dan kunt u gewoon
verder werken.
_ Schakel de kettingzaag in en hou ze boven de
grond. Wees voorzichtig zodat de kettingzaag de
grond niet raakt. Om veiligheidsredenen is het best
om een afstand van minstens 20 cm te bewaren.
Wanneer u nu oliesporen ziet ontstaan dan werkt de
kettingsmering. Wanneer er geen oliesporen
ontstaan, probeer dan de olie-uitgang de bovenste
opening van de kettingspanner en het oliekanaal te
reinigen of neem contact op met de Klantendienst.
_ Controleer indien nodig de kettingspanning en de
kettinghouder.
_ Zorg ervoor dat de kettingrem correct werkt.
TOELICHTING VAN DE SYMBOLEN
Bewaar de gebruiksaanwijzing goed voor
later gebruik.
Verklaring van de symbolen op de gazontrimmer
Gevaar voor lichamelijk
letsel of materiële schade.
PICTOGRAMMEN
Maak uzelf vertrouwd met alle
bedieningselementen voor het
eerste werk. Oefen het gebruik
van de zaag en laat u de
functies, werkingsmethodes en
zaagtechnieken uitleggen door
een ervaren gebruiker of
specialist.
Lees en houd rekening met de
gebruikershandleiding die deze
machine hoort!
Draag persoonlijke
beschermingsuitrusting. Draag
zeker een veiligheidsbril, of nog
beter gezichtsbescherming,
oorbescherming,
veiligheidshelm, werkkledij met
snijbescherming,
handschoenen met
snijbescherming, en
veiligheidslaarzen met
snijbescherming en antislip
zolen.
Gevaar! Let op terugslag!
De zaagbladtop niet gebrulken.
Houd de kettingzaag tij-dens het
zagen met bei-de handen vast!
Met één hand werken is ui-terst
gevaarlijk!
Pas op voor vallende
voorwerpen.
Hou toeschouwers op een
afstand.
Hou de uitrusting weg van
nabije personen.
Hou toeschouwers op een
afstand.
Stel de machine niet bloot aan
regen. Laat de uitrusting niet
vochtig worden of gebruik ze
niet in een vochtige omgeving.
Voorzichtig! Verwijder dadelijk
de stekker uit het stopcontact in
geval van schade of
doorsnijden van de
voedingskabel.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60
  • Page 61 61
  • Page 62 62
  • Page 63 63
  • Page 64 64
  • Page 65 65
  • Page 66 66
  • Page 67 67
  • Page 68 68
  • Page 69 69
  • Page 70 70
  • Page 71 71
  • Page 72 72
  • Page 73 73
  • Page 74 74
  • Page 75 75

Central Park CPE2040CS_EL Le manuel du propriétaire

Catégorie
Tronçonneuses électriques
Taper
Le manuel du propriétaire